4.6. Richtingen in de fokkerij omstreeks 1913
Het veeteeltstudieboek De tegenwoordige richtingen in de fokkerij der
landbouwhuisdieren in Nederland"van H.M. Kroon uit 1913, dat ook op de
Landbouw Winterschool te Schagen gebruikt werd, beschrijft tevens zaken,
die de fokkerij van de fam. Dijt betreffen. "Na 1888, toen er op het bedrijf van
de fam. Dijt werd gekruist met Border Leicester, Lincoln en Leicester, werd een
betere vleesvorming en groei gerealiseerd. Door het kruisen werd een grotere
vruchtbaarheid verkregen. Onderling werden deze kruislingen voortgefokt. Juiste
selectie en vakmanschap zorgden ervoor dat de gewenste eigenschappen naar
voren kwamen en soberheid behouden bleef. De lammeren zijn gewild bij de
"weiders.
Moederschaap met drie halfjarige kruislings-lammeren
In het boek van deze leraar zootechniek aan 's Rijks Veeartsenijschool te Utrecht
werd nogmaals gewag gemaakt van de gebroeders Dijt. Kroon schreef: "Met
medewerking van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw is nu onder
leiding van dr Hagedoorn door de heeren gebr. Dijt op hun grote schapenfokkerij
te Den Burg beproefd, of door maatregelen, gebaseerd op de Mendelsche wetten,
de gewenschte eigenschappen van goed overervende dieren verkregen kunnen
worden. Of met deze nieuwe methode, welke men op Texel in practijk brengt enig
resultaat zal worden verkregen, moet de tijd leeren. Het past niet daarover nu
reeds een oordeel uit te spreken.
4.7. Inzicht in het ontstaan van rassen in de 19e eeuw.
Zoals in de inleiding is gezegd, was er in de 19e eeuw een grote vooruitgang in
de natuurwetenschappen. Darwin maakte duidelijk dat de soorten niet constant
zijn sinds de schepping of sinds het overleven na de zondvloed. Hij bestudeerde
ook de grote diversiteit aan rassen van verschillende soorten huisdieren, zoals
bijv. duivenrassen.
21