Schaap met D merk
"Er wordt volop gehooid. Het model van de schelven is hetzelfde als van het boetje
op Westergeest, dat enkele jaren geleden onderste boven waaide. Het hooien gaat
hier niet zo goed als thuis. Ze keren het hooi al als het boven nog niet droog is. En
het op de hoop inkuilen van gras geeft ook problemen. De broei zit er in, het stinkt
en de hopen zakken vaak scheef en dat geeft veel werk.
De boer waarbij hij verbleef, was ook handelsman en hij genoot veel aanzien. Bij
het onderling zaken doen, werd onderscheid gemaakt tussen handel met een lid
van de kerk of met een "afschaffer" (afvallige van de kerk). Vaak werd het vee
niet onderling verkocht maar geveild. Eerst werd het geshowd en dan bij opbod
verkocht. Alles verliep via de notaris.
"De werklui zijn thuis ook beter, het zijn hier maar lichte kereltjes. Ook is hier
meer dronken volk. Tafelmanieren zijn hier aan meer regels gebonden dan thuis.
Onlangs aan tafel een kleine vergissing gemaakt in de manier van eten, doch men
vond het niet zo erg.
Dijt komt uit een familie waarvan moeder doopsgezind was en vader het
katholicisme verlaten had, hij zal dus wel niet zulke fundamentalistische
opvattingen over het geloof gehad hebben. Van iedere zondag die hij bij zijn
gastgezin verbleef vertelt hij wel iets iets:" De eerste zondag: Niet naar de kerk
geweest, doch zal er een andere keer fatsoenshalve wel heen moeten gaan.
Tweede zondag: Naar den Tempel geweest. Derde: Niet naar de kerk geweest.
Vierde: Heden wel naar de kerk geweest, wat mij 15 ets gekost heeft, dat zal mij
niet meer overkomen! Vijfde: Tweemaal naar de kerk geweest!!!. Zesde: Eenmaal
naar de kerk geweest, ik begin al aardig "fijn" te worden. Het is verbazend met
het gebed in de "Synagoge". Zevende zondag: Naar den Tempel geweest. Achtste:
Eenmaal naar den Tempel geweest, ik ben het echter met des dominees uitspraken
niet geheel eens, het ruikt een beetje naar de roomse leer. Negende: Het was
vandaag om te stikken in de kerk. Tiende: Naar den Tempel geweest, doch kon
mijne gedachten niet bij de preek houden. Elfde: Als naar gewoonte. Twaalfde:
Idem idiorem." Dijt vond, de gelovigen over het algemeen beter dan bij ons. Welke
maatstaven hij aanlegt, is ons niet bekend.
I
3.2.3. De kerk
14