Heer A. C. Rab. Toen de Heer Merkuur zich daar voor zeer billijken prijs een paar elegante schoenen had aangeschaft, kon hij niet nalaten te zeggen: "Ik geloof dat men hier in velerlei opzicht nog beter terecht kan dan in de stad." Dit bleek hem niet minder, toen hij in den Binnenburg even een kwartje sigaren ging koopen bij den Heer Boon, wiens keurige winkel juist door ettelijke personen werd bezocht, die er allerlei artikelen kwamen inslaan. Nu eerst nam hij in een der hotels, welke hem waren aanbevolen, zijn intrek, at met veel smaak en sliep daarna heerlijk, gebruikte ~s morgens reeds vroegtijdig een uitstekend ontbijt en besteeg toen weer zijn fiets, om het schoone eiland verder in te trekken. Eerst ging het naar de Koog, toen terug over de Waal en vervolgens naar Oosterend. In de nette herberg van den Heer W. Koppen IJz. aldaar, ging de Heer Merkuur wat uitrusten. Alles leverde hem het bewijs, dat de zindelijkheid er in hooge mate betracht werd. Hij vergastte zich met veel eetlust aan de heerlijke karbonade en rookworst, die hem werden voorgezet en vernam van een herbergbezoeker, dat deze artikelen uit de slachterij van den Heer S. Dros Gz kwamen, die gewoon is voor puike waar te zorgen en ook met den prijs best tegen iedereen kan concurreeren. Toen de Heer Merkuur aldus den inwendigen mensch had versterkt, raadpleegde hij even het kaartje in "De Gids" en sloeg toen den weg in naar de Cocksdorp. Zijn fiets, zeker van niet al te solied fabrikaat, had veel geleden. Met grote bezorgdheid ontdekte de student dit, want de machine had groote behoefte aan ~n flinke reparatie. Zijn gelaat helderde echter op toen men hem verzekerde, dat hij uitstekend geholpen kon worden door den Heer Van der Kloot, de dorpssmid, die even kranig fietsen weet te herstellen als de meest gecompliceerde landbouwwerktuigen en andere machines. Aanstonds gaf hij dus zijn rijwiel aan de smederij af en besloot in de herberg van de Heer Buijs te gaan wachten, totdat zijn voertuig weer zou zijn hersteld. Toen hij zou binnentreden zag de Heer Merkuur een damesfiets tegen den muur van het café staan. Juist trad de eigenaresse dezer velocipède naar buiten en begon aan een aantal kinderen suikerwerk en snoepgoed uit de delen. Zij had dit zooeven gekocht in een der voornaamste winkels van het dorp, die van Mejuffrouw de Wed. Brans-Blom. Onze student staarde nieuwsgierig naar de jonge dame. Zij geleek sprekend op Johanna van Sleuven, eene jonge dame, die hij eens bij zijn tante te Amsterdam had ontmoet. De Heer Merkuur groette beleefd en ook Johanna scheen hem te herkennen. Hij zag haar vragend aan en zij begreep zijne bedoeling. "Gij zijt blijkbaar verwonderd", sprak zij, mij hier op het uiterste punt van Texel aan te treffen, doch laat ons naar binnen gaan, dan zal ik U even vertellen, hoe ik hier verzeild kom; want letterlijk ben ik hier verzeild geraakt. Ik vertoef hier reeds van gisteravond af en ik moet bekennen, dat ik in dit café uitstekend gehuisvest ben en door vriendelijke menschen bediend word". Toen het paar zich tegenover elkaar aan een tafeltje in de gelagkamer had neergezet, vertelde de jonge dame, hoe zij met een zeiljacht van haar oom van Amsterdam was vertrokken en uit IJmuiden zee gekozen had. Hoe ze bijna onophoudelijk door zeeziekte gekweld was geweest en gesmeekt had haar ergens aan land te zetten, omdat zij liever de reis naar Hamburg niet wilde meemaken. Zoo had men haar met haar fiets, den vorigen namiddag met de scheepsboot aan het strand van Eierland, nabij den vuurtoren, aan land gezet. Bij die 23

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2004 | | pagina 25