werd door de Duitsers in de Oekraïne neergeschoten en redde zich per parachute en kwam vervolgens in een Pools krijgsgevangenkamp. Heel veel Russische krijgsgevangenen begaven zich in Duitse dienst om een beter leven te hebben en om als het mogelijk was de Duitsers een hak te zetten. De opstand op Texel begon in de nacht van 5 op 6 april 1945 om één uur 's nachts. Iedere Rus moest een Duitser voor zijn rekening nemen en hem doden met pistool of mes. Op één van de volgende dagen, toen de Russen probeerden de Noordbatterij in de Duinen te veroveren, zagen wij dat zij met een Rode-Kruis auto over het fietspad naar het Fort reden en zij werden onder vuur genomen door de Duitsers in het fort. De Rode Kruis auto ging in vlammen op. Later in de week, toen geen boer zijn koeien meer durfde melken, kwam Sjalwa Loladse, met een munitiewagentje, getrokken door een paard, die koeien melken en Oma werd door hem, commandant van de Georgiërs, gevraagd of zij de melk wilden koken, zodat hij de melk kon wegbrengen naar zijn soldaten, die hier en daar in dekking lagen. Hij verzekerde de bewoners van het buurtje, dat "Der Englander" de opstand steunden en toen zijn handen wijzend naar de lucht gingen, begreep ik dat de Georgiërs verwachtten, dat de Engelse parachutisten spoedig zouden komen om hen te helpen. Loladse sneuvelde op 23 april 1945 en werd op het Russenkerkhof nabij Oudeschild bijgezet. Het einde van de opstand kwam op 4 mei 1945. De overgebleven Georgiërs, die op Texel ondergedoken zaten, moesten nog tot 20 mei wachten voordat zij naar Rusland terug konden keren. 565 Russen verloren op Texel het leven. Gevaar op het buurtje In de volgende dagen werd het steeds gevaarlijker op het buurtje, wegens schermutselingen tussen Duitsers en Georgiërs. Men kon niet meer zonder gevaar naar buiten en we moesten zelfs in de keuken onder de tafel slapen. De Duitsers kwamen met tanks langs en schoten op de boerderijen en huizen van het buurtje, omdat zij vermoeden dat er Georgiërs verborgen werden. Maar op ons buurtje hielden zij zich niet schuil. Schoenmaker Barhorst, die vijf huizen verder woonde werd aangeschoten en overleed later in het noodziekenhuis in Den Burg. Oma kreeg een granaatscherf in haar wang, die bij haar oor er weer uitkwam. Zij werd pas de volgende dag in Oosterend door een dokter behandeld. Een voltreffer in de voorkamer ging eerst door de grote wandklok en door de kast met weckflessen met vlees en groente. Toen het 's morgens licht werd gingen wij kijken; de kamer was een puinhoop, de klok was totaal verdwenen, het enige wat ervan over was gebleven, was de veer en deze stond rechtop in een cactus, die voor het raam stond. De bewoners van het buurtje moeten vertrekken Alle buurtbewoners werden 's morgens na de beschietingen gesommeerd door de Duitsers, dat we de buurtschap moesten verlaten en op platte wagens met paardentractie werden we weggebracht naar diverse bestemmingen op het eiland. Langs de weg, die wij gingen, zag je dode soldaten liggen, de meeste Duitsers, met een gaatje in het voorhoofd, want de Georgiërs waren zeer goede scherpschutters Oma en ik gingen in Oosterend bij de familie Beman logeren (was familie van Oma) in de Kerkstraat tegenover de kerk. 25

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2004 | | pagina 27