gedacht dat men aan het oefenen was. "s
Morgens toen het begon te dagen hebben
we zelfs 'de hardheid van de Russen'
bewonderd die - 'quasi dood' - op de
basaltine tegels onder ons raam in slaap
waren gevallen.
Achteraf bleken het gedoode Duitschers
te zijn. In den loop van den vroegen
morgen werden de Duitschers uit de in de
onmiddellijke nabijheid staande hotels
gehaald en met 'hands up' weggevoerd.
Reeds ging het praatje dat het geheele
door de Duitschers nog bezette gedeelte
van Nederland in opstand was gekomen
en dat met medewerking van de Russen
de nederlaag van de Duitschers een
voldongen feit was.
Al spoedig verscheen een oproep van de
ondergrondsche aan alle mannen om
zich te melden. Hieraan werd spontaan
voldaan.
Alhoewel Jos werd gewaarschuwd niet
te hard van stapel te loopen, kon hij -
vooral toen hij reeds enkele Hollandsche
jongens met geweren en munitie door
Den Burg zag loopen - zich niet langer
inhouden, is op bezoek gegaan bij
den pastoor, vermoedelijk om diens
instemming te vragen doch werd door
een groep Duitschers gezien die hem
toen hij van de pastorie terug kwam
reeds onder schot hadden en die hem
dwongen zich naar een bepaalde plaats
te begeven. (Weststraat).
Hier stond een auto klaar waarop 14
jongens die later naar 'De Mok' werden
vervoerd.
Een van de fouten was dat aan de
burgerij niet bekend was dat de zich in de
Weststraat bevindende 'Fahrbereitschaft'
zich niet had overgegeven.
De menschen dachten dat Den Burg
geheel bevrijd was en de jongens zijn
in de meening geweest toen zij daar
soldaten zagen dat dit ook reeds Russen
waren.
Hun kleding was immers gelijk. Spoedig
daarop heeft de 'Fahrbereitschaft' de
vlucht genomen met de medeneming van
de 14 jongens waarvan er 4 wapens of
munitie hadden gedragen. Op hun reis
per vrachtauto naar 'De Mok' zijn vier
jongens er af gespron-gen, juist die 4 die
wapens bij zich hadden op het moment
van hun gevangenneming. Natuurlijk
hebben dezen iets geriskeerd door
eraf te springen doch zij hadden zich
- althans in de oogen der Duitschers
- schuldig gemaakt aan een strafbaar
feit. De overige tien zijn op de auto
gebleven, overtuigd als zij waren dat
zij niet gestraft zouden worden omdat
juist zij geen wapens bij zich hadden.
Zij hebben helaas teveel op het recht
vertrouwd en geen rekening gehouden
met de mentaliteit van de Duitscher op
oorlogspad. Vermoedelijk zijn zij reeds
kort daarop gefusilleerd.
Des namiddags werd Den Burg door de
diverse batterijen aan den duinkant en
door batterijen in Den Helder beschoten
met 20 cm granaten, granaten van 10
cm en door veldgeschut.
In tijd van een kwartier onge-veer 25
huizen in puin of zwaar beschadigd.
48 Dooden. Later nog enkele zwaar
gewonden eveneens overleden.
Al met al met de nog later gevallenen en
de 10 jongens mede een 80-tal dooden.
Omtrent het verdere verloop op 'De Mok',
de marine vlieghaven op Texel, is tot op
heden niets bekend geworden.
Sommigen zeiden dat de jongens naar
Den Helder waren vervoerd, anderen dat
zij opgesloten zaten op 'De Mok', weer
anderen dat zij elders waren en tenslotte
ook enkelen dat zij niet meer in leven
waren. Op een Zondagavond kwam het
bericht dat de jongens in Amstelveen
waren gevonden.
Opnieuw trokken een paar menschen
van Texel daarheen - reeds eerder waren
ze de drie provincies doorgeweest op zoek
in gevangenissen - doch spoedig bleek
ook dit onwaar te zijn en het bericht
- zoogenaamd van Het Rode Kruis
afkomstig - bleek door de Duitschers te
zijn doorgegeven.
Blijkbaar waren dezen beangst voor
de gevolgen van de door hen begane
misdaad.
De bevolking intusschen was zeer
21