V - kan herinneren heb ik een zoontje van den schilder v.d. Kerkhof en de kinderen van de families Kersemaker en Keijzer uit de Nieuwstraat bij de klok gezien. Er waren nog welmeer kinderen bij, maar die ken ik niet. Zoo ik nu van mijn vrouw hoor, heeft den Heer J. C. Rab, wonende aan den Binnenburg, nog kinderen bij den klok weggejaagd. Deze zou U misschien nader kunnen inlichten" Na voorlezing en volharding teekent getuige, deeze door hem afgelegde verklaring met mij .rapporteur, voor waarheid. De getuige, De rapporteur 2e. JACOB CORNELIS RAB, oud 50 jaar, van beroep directeur C. V. J. C. Rab, wonende te Den Burg. Texel, Binnenburg no. 11die verklaarde: "Het is waar, dat ik Donderdagavond 27 Mei 1943 te omstreeks 18 uur kinderen heb gewaarschuwd om op te houden met den klepel uit de klok van den toren van de Ned. Herv. Kerk, welke lag binnen het hek van deze kerk, op de klok te slaan. De kinderen zijn toen weggegaan. Ik kan u onmogelijk zeggen welke kinderen het waren, want ik heb er niet speciaal op gelet. De kinderen, genoemd in de verklaring van getuige L. J. Pieterse, bleken bij nader onderzoek genaamd te zijn: JAN VAN DE KERKHOF, oud 13 jaar, scholier, wonende Weverstraat no. 28, mindeijarigen zoon van Marianus Engelbertus van de Kerkhof en Wilhelmina Witvliet, beiden eveneens wonende Weverstraat no. 28 te den Burg, Texel; GIJSBERTUS CORNELIS KERSEMAKER, oud 13 jaar, scholier, mindeijarige zoon van Jan Kersemaker en Catharina Maria Barhorst, wonende Nieuwstraat no. 7 te den Burg, Texel; PIET KEIJZER, oud 10 jaar, scholier, min- deijarige zoon van Martinus Keijzer en Veronika Theodora Kersemaker, wonende Nieuwstraat no. 11 te Den Burg, Texel. Zij gaven toe met den klepel op meergenoemde klok te hebben geslagen. Bovengenoemde jongens zijn echter niet de eenigen geweest die op meergenoemde klok geslagen hebben, daar zich steeds een groote massa kinderen bij de klok bevond, waarvan de namen echter niet meer te achterhalen zijn. Verder zij door mij, rapporteur, nog vermeld, dat de beschadiging van meergenoemde klok niet alleen te wijten is aan baldadigheid der jeugd, maar zij ook op zeer ondeskundige wijze door de arbeiders, die met het verwijderen van de klok belast waren, is vervoerd, hetgeen moge blijken uit het feit dat de klok twee maal van de wagen is gevallen, waarmede zij moest worden vervoerd. Tengevolge hiervan is de onderste rand van de klok ook ernstig beschadigd. En heb hiervan opgemaakt dit rapport op 4 juni 1943 te Texel. MARECHAUSSEE GEWEST AMSTER DAM GROEP - TEXEL NO. 804 Gezien en ter kennisgeving den heer Burgemeester der Gemeente Texel aangeboden. Texel, 5 juni 1943 De Opperwachtmeester, Groeps-Commandant b/a de Wachtmeester W. Jagtenberg Een bijzondere aantekening op een brief van 22 augustus 1945 hoort bij dit verhaal. Het is een brief van de directeur gemeentewerken van Groningen aan de burgemeester van Texel. Dwars onderaan staat geschreven: Johannes Nicolaas Witte - geb. dat 27 dec. 1921 - Gravenstraat 16. Den Burg. Uit belangstelling heb ik er een klap 11

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2004 | | pagina 13