ARMENHUISJES
Mejuffrouw Maartje Dijt, weduwe van de Heer
M. Spreeuw was op de 20st® november van
het jaar 1857 naar de notaris geweest om
vast te laten leggen hoe de armenhuisjes op
Texel moesten worden beheerd en wie er
mochten wonen.
Maartje woont dan in de Oude Teertuinen in
Amsterdam.
De notaris is de heer G. J. C. van Vianen en
de getuigen zijn Lambert Aart Maassen uit de
Korstjespoortsteeg s.s.77 en Herman Tjakkes
van den Oude Zijds Voorburgwal, nummer A
73.
Waarschijnlijk is het niet goed mogelijk om
genoeg arme familieleden te vinden die in de
huisjes in de Molenstraat kunnen wonen,
want op de 10® februari van 1858, 3 weken
voor haar overlijden, komen dezelfde men
sen weer bij elkaar ten huize van voornoem
de notaris, om wijzigingen aan te brengen en
regenten te benoemen. Dit worden Cornelis
Jacobs Rey, koekenbakker en Maarten Jansz
Zijm, veehouder, beiden wonende te Texel.
Bij het aanvaarden van hun betrekking moe
ten ze terstond twee commissarissen van
toezicht benoemen.
De wijzigingen betreffen de mogelijkheden tot
bewoning van de huisjes.
Het is vanaf nü mogelijk dat ook niet-leden
van de familie Dijt of Spreeuw er in kunnen
gaan wonen.
Niet lang daarna overlijdt Maartje.
24