heer Willem Romans -Den Burg- om alle za ken af te handelen i.v.m. het overlijden van Krijn Vaartjes. Simon was later wel thuis, want hij trouwde op 25 augustus 1786 met Martje Hertjes Swart, beiden in de 3e classe en ze moesten f 12:- betalen. Dit betekende weer dat ze niet onbemiddeld waren. Martje was dochter van Hertje Klaasz Swart en Trijn tje Aarjens. Ze was op 12 augustus 1759 ge reformeerd gedoopt in Den Hoorn. Haar va der Hertje was ook Commandeur ter walvis vaart geweest. Hij ging van 1757 tot en met 1760 richting Spitsbergen. Op de eerste twee reizen had hij 2,5 walvis gevangen, de ande re twee reizen kwam hij leeg terug. Hij was daarna koopvaardijkapitein en voer o.a. naar Riga en St. Ubes. De familie Swart woonde ook in Den Hoorn. Martje was 11 jaar toen haar moeder overleed. Haar broertje Klaas was nog maar drie maanden oud. En vader was een zeeman. Waar zullen Martje en haar broertje opgegroeid zijn? Op 19 december 1786 liet Simon drie aktes opmaken bij notaris Jan Star. In de eerste verklaarde Simon dat hij, voor de VOC-kamer Enckhuijzen, ging vertrekken met het schip 'Broederslust' als schipper naar India. Hij machtigde Anne Lucas, opperstuur man, om in het geval dat Simon zou overlij den tijdens de 'uijt of thuijsreijze of in Indië' - Anne Lucas voor zijn dood lighaam nu tijds gelegenheijd behoorlijke zorge te draagen, zijn comparants boedel en nalatenschap te aanvaarden en te inventariseren. In de tweede lieten Simon en Martje een tes tament opmaken. De erfgenamen waren de drie voorkinderen van Simon alsmede de kind of kinderen die nog in jegenwoordig hu welijk verweckt worden. (Martje was toen zwanger.) Tevens kreeg Martje Swart een gerechtig kindsdeel. In de derde machtigde Simon zijn vrouw Mar tje en Hertje Dogger uit Waalenburg voor al zijn zaken. Op 30 november 1786 had Simon al de zeebrief opgehaald bij de Waterschout Hij regelde dus alles goed voordat hij de En toen was ik Simon kwijt. In het VOC-ar- chief in Den Haag was wel het groot- boek/scheepssoldijboek van 'de Broederslust' met alle gegevens over de bemanningsleden, Maar Simon stond daar niet in vermeld. Wel Anne Lucas als derde waak en ook Simons 14-jarig neefje Jan Vaartjes. Zijn functie was hoogloper (leerling-matroos) voor een gage van 7 gulden per maand. De ziekentrooster Wilhelmus Hondius kwam ook van Texel. Toen heb ik de 'Generale land- en zeemon- sterrol' van 1787 doorgespit. Dit is een opga ve van al het land- en zeepersoneel in dienst van de VOC. Maar bij die 13.256 dienaren stond geen Simon Vaartjes vermeld. Waar was Simon gebleven? Toevallig vond ik het volgende in het Mari tiem Museum in Rotterdam: 'Journaal of dag register gehouden door de Oost-Indische Compagnie gehuurde hoekerschip 'Broeders lust' gevoerd, bij den particulieren schipper Simon Vaartjes, gedestineerd over Cabo de Goede Hoop na Batavia voor de kamer Enk- huijzen. 't Journaal gehouden door mijn Jaco- bus Arkenbout in qualiteijt als sous luijtenant in dienst van de Oost-Indische Compagnie.' Simon was dus als particuliere schipper ge huurd door de VOC en niet in dienst van de VOC. Vandaar geen vermelding in het groot boek en de monsterrol. Jacobus Arkenbout heeft een heel uitgebreid verslag gemaakt, waar ik wat bijzondere dingen heb uitgehaald. Omdat het VOC-schip 'Voorberg' door schade niet kon vertrekken, moest de lading en de bemanning verdeeld worden over twee ingehuurde schepen. Dit waren de 'Broederslust' en 'Goede Intentie'. De Broederslust was lang over steeven 136 voeten (ca. 41 meter) en had 12 kanonnen. De hele maand december werd er hard ge werkt om de schepen voor vertrek klaar te krijgen. De wind was oostelijk met vorst en sneeuw, er lag drijftjs. De lichters voeren af en aan. Eerst moesten de steenkool en de spijkervaten aan boord. Dit moest allemaal onderin. Daarop werden de vaten water ge stouwd. Er werd van alles aan boord ge bracht. Een kleine opsomming van de goederen die

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2002 | | pagina 10