De sage van de Westfriese -
en Texelse kap
Willibrord (658-739) was een Engel
se/Angelsaksische missionaris die in onze
contreien het christendom verspreidde en
vooral in Friesland na het jaar 719 succes
heeft gehad. Later werd hij bisschop in
Utrecht. Op Texel genoot hij bekendheid door
de stichting van de parochie van de Westen.
Zijn naamdag is 7 november en mede daar
door is de boerderij aan de Stuifweg 11 naar
hem genoemd.
Willibrord reisde naar Denemarken en kwam
op een eiland, toegewijd aan Forseti. In de
Noorse mythologie, de Edda, werd Forseti de
god van het recht genoemd
Willibrord werd vergezeld door dertig -door
hem bevrijde- jonge Deense slaven. Naar de
legende verluidt, zouden Willibrord en zijn
gezellen wegens het betreden van het eiland
gevangen zijn genomen door een heidense
opperpriester, die allen liet overbrengen naar
Medemblik om door de Friese koning Rad
boud te worden berecht.
Op die reis naar Medemblik had de hoge
priester zijn dochter Fostedina meegenomen.
Deze jongedame sympathiseerde met het
christendom. De veroordeling, die Radboud
uitsprak, richtte zich vooral tegen de jonge
Denen omdat die zich aan de verloochening
van hun Germaanse goden hadden schuldig
gemaakt. In het vonnis werd bepaald dat de
gevangenen de volgende morgen ongewa
pend tegen uitgehongerde wolven moesten
vechten.
Fostedina had kennis gemaakt met Rad-
bouds zoon, Aldgil, die liet blijken ook veel
voor het christendom te voelen. Daarna be
sloten zij de veroordeelden te redden en
slaagden er in die mannen 's nachts te bevrij
den en naar het zuiden te laten ontvluchten.
De woede van Radboud keerde zich tegen
Fostedina. Zij werd ter dood veroordeeld,
maar op voorspraak van Aldgil werd het von
nis omgezet in een mildere straf. De Wodan-
priester kroonde haar met doornen en daard
oor vloeide haar bloed langs haar gelaat.
Om haar wonden te bedekken legde Aldgil
om haar hoofd een gouden band, waarvan
een sluier afhing. Dit werd de oorsprong van
de Westfriese - en Texelse kap.
Cor Reij
Bron: 12 eeuwen katholicisme aan het Mars
diep, M.M.J. Hoogenbosch (1917-1997). Uit
geverij S. Deutekom, Fleiloo 1966
In het boek 'Der Gott Fos(e)te und sein Land'
kwam Th. Siebs met zijn mening dat met For
seti het eiland Texel of Kinheim zou worden
bedoeld.
23