'Genoch voor haer eer gedaen
In de bibliotheek van de Historische Vere
niging bevinden zich honderden kopieën
van oude akten. Dit artikeltje toont u dat
die oude, 'onleesbare' akten interessante
verhalen en gebruiken kunnen bevatten.
Lang niet alle akten bij een notaris gepas
seerd gaan over verkoop van grond of een
huis.
De hier te bespreken akte is opgemaakt op
17 november 1658. Dit op verzoek van Anna
Cornelis, de moeder van Neel Jan. Anna Cor-
nelis wil waarschijnlijk aantonen dat haar
dochter haar maagdelijkheid heeft bewaard
en dus voor iedere jongeman nog een aan
trekkelijke partij is. Als dat zwart op wit moet
komen, moeten er dus geruchten zijn die het
tegendeel beweren. Deze moeten ontzenuwd
worden. Daartoe heeft moeder twee jonge
mannen verzocht voor haar dochter gunstige
verklaringen af te leggen van wat zij gehoord
hebben van degene die met haar dochter -
zoals dat in officiële stukken elders wel ver
meld werd- vleselijke conversatie zou hebben
gehad.
Helaas is op de tweede bladzijde van deze
akte water of een andere vloeistof terecht
gekomen, waardoor van negen regels slechts
de helft valt te lezen. Desalniettemin is het
doel van de akte duidelijk geworden: de eer
van haar dochter moest gered worden.
Nu volgt een groot deel van de akte.
Op huijden den 17 Novemb. 16 achtenvijftich
compareerde voor mij Hendrick Pietersz
Abbenes openbaar notaris publique bij den
hove van hollant daertoe geadmitteert (toege
laten), aen den Hoorn op Texel resederende
(verblijfhoudende) ende d'na genoemde ge-
tuijgen Cornelis Pietersz Backer out ontrent
XXXIIII jaren, Cornelis Thijsen out ontrent 35
jaren, de selve hebben sonder eenige indusie
(beïnvloeding) ofte parsuatie (druk), maer in
faveur van justitie op ware christelijck in plaet-
se van ede (hieruit blijkt dat de getuigen
Doopsgezinden zijn; zij zweren niet, maar
verklaren: mijn ja is mijn ja, mijn neen is mijn
neen), ende dat ten versoeke van Anna Cor
nelis, weduwe van saliger Jan Thuenisz, ver-
Dan volgt een onvolledig gedeelte. Door een
aanvulling in de kantlijn is nog een fraaie ver
zuchting te lesen: sij heeft keer (verweer) ge
noch voorhaereergedaen.
Het slot is als volgt:
claert, geattesteert en gedeposeert, hoe waer
en waerachtich is dat sij deposanten sijn ge
weest te samen ten huijse van Jan Jansz de
Boer in de verlede slachtijt omtrent 14 dagen
geleden en dat sij deposanten in reden (aan
de praat) raeckte met Mies Jan de Boer voer
de questie van tusschen hem Mies Janz
d'Boer ende de dochter van de voornoemde
Anna Cornelis, te weten Neel Jan ende dat hij
Mies Janz onder andere woorden tegen haers
deposanten (hun) seijde hoe dat hij Mies
Jansz over eenige tijt een afterkrat hadde ge
nomen van Hendrick Mulders wagen, dat hij
geset hadde tegen het huijs an van Sijmon
Janz Rebel ende een veijnster hadde opges-
teken (raam had omhoog geschoven) ende
dat hij Mies Janz daer was ingeclommen en
de schoenen uijtgetrocken en soo op het bed
de waer die voornoemde Neel Jan op lach en
sliep en dat hij bij haer onder de dekens
kroop en dat naede vaerent (allengs) die lief
de quam ende doen hij Mies Jan het werck
begon 't welcke wel bij man en wijf gewoon is
te doen, dat sij Neel Jan doen het gadt om
smeet sodat hij tot sijn volcomen wil niet con-
de comen, noch noijt sijn leven voor, noch na
niet meer so veer was gecomen, maer (zij)
hem altijt geweijgert heeft sulckx te doen,
waerover sij deposanten tegen hem Mies
Janz seijde: Wel hadde die meijt jou belofte
gedaen?' waerop Mies Janz seijde: 'Neen, sij
heeft geen geit, noch sij het (heeft) mij gul
gelofte gedaen'.
eijndende hier met hare attestatie (hun ver
klaring) dien aengaende, consenteren hier
afgemaeckt (stemmen toe in het boven be
schrevene) en de regt es gelevert te werde
acte in forma aldus gedaen ende gepasseert
ter presentie van Ijsbrant Cornelisz en Pieter
Jansz, buerluijden en getuijgen van goeden
geloove hier over geroepen en gebeden de
minute deses beneffens haer deposanten en
mij notaris gebogen hebben ten jare, maent
en dagh als boven.
15