schepen onder commando van Willem Syl- vester. Dan kon de reis via Ceylon, nu Sri Lanka, worden gemaakt. In China ontmoette Arie oude bekenden van de handelsfirma, waarmee niet alleen de VOC, maar ook hij zaken bleef doen. De con currentie was toegenomen, vooral door de Engelsen met hun snelle schepen. 'Neerlands Welvaren' maakte een geslaagde reis. In juli 1788 kon Arie in Amsterdam zijn gage innen, het restant van een totaal van f 1.680,- voor twee jaren vermeerderd met een premie of kaplaken van circa f 3.000,- alles exclusief zijn privé-handel. Arie nam afscheid van de zee. Het bekende gedichtje van Vader Cats (1577-1660) was niet langer op Arie van toepassing: Hij had zijn goede gezondheid behouden en als zeeman veel geluk gehad op zijn reizen die -uit en thuis- soms anderhalf jaar duur den. Tussen 1783 en 1789 zijn 12 retour schepen verloren gegaan. In die jaren was de sterfte onder de opvarenden aan boord alleen al tijdens de reis van China tot De Kaap ge middeld zes procent. In het jaar 1787 was het in het vaderland zeer onrustig geweest door de woelingen met de patriotten. De stadhou der Willem V, die zich in Den Haag niet veilig had gevoeld, was naar Nijmegen vertrokken en met hulp van een Pruisisch leger was -op zeer hardhandige wijze- de rust en orde in de republiek hersteld. Op Texel was -buiten inti midatie, afpersing en verwijdering van tegen standers van de Oranje-gezindten- niet zo veel gebeurd. Dit alles had Arie 'misgezeild'. Nadat hij had besloten op Texel aan de wal te blijven, werd hij als Schepen van Den Burg benoemd. Ge durende enige tijd was hij voorzitter en nam hij de baan van de Schout waar. In augustus 1789 maakte de stadhouder een goodwill-reis door zijn land en bezocht op 3 augustus Texel. Hij genoot een ontbijt bij Arie Kikkert op de Stenenplaats. Daar ontving de stad houder de predikant en de kerkenraad. Na bezichtiging van de Binnenburg-kerk genoot Willem bij Arie Kikkert enige verteringen en daarna vertrok het gezelschap naar het Eier- landse Huis, waar een goede maaltijd klaar stond (zie het artikel in HVT nr. 40 1996, blz. 4/6). Willem kwam naar de Rede op het marine schip Monnickendam, voerende 44 stukken, onder bevel van Cornelis Ysaac Bloys van Treslong (Steenbergen 1763 - Den Haag 1828), die in Den Burg een hapje heeft mee gegeten. Lijsbeths vader overleed in 1789 en haar moeder in het volgende jaar. De omvangrijke nalatenschap, die toeviel aan haar en haar halfzuster, viel per saldo erg tegen. Bij de openbare verpachting op 5 oktober 1790 werd voor f 700,- Arie Kikkert pachter van Het Eijerlandse Huis met grond en dui nen inclusief het postvervoer naar Vlieland. Het werken daar verrichtten anderen. In Den Burg kocht Arie in die tijd enige pan den: Binnenburg 19 was een woonhuis dat hij verhuurde aan de seinwachter van Eierland/ werkman Simon Pietersz Wuis (1761-1815) en diens vrouw Pietertje Jan Buij, die wink elierster werd. Binnenburg 8 was in 1793 zijn eigendom, maar wie daar eerst huurde is niet na te gaan. In september 1796 kwam Arie met zijn gezin vanuit Buiksloot hier wonen. Zijn huis Stenenplaats 6 had hij toen ver huurd aan scheepsarts Dirk Dirksz Ooijkaas (Arnhem 1769-BGd 1821) en diens vrouw Petronella Roelofs. Dirk Ooijkaas was nog geplaatst op het marineschip 'De Staten Gene raal' dat vaak op de Ree lag. Weverstraat [9] was een schuur, die zijn schoonzoon Lambert Kikkert als handelaar tot in augustus 1802 gebruikte voor vee en hooiberging. Arie was al eigenaar van Weverstraat [14], zijn geboortehuis, dat soms in tweeën werd bewoond. In 1793 trouwde zijn oudste doch ter Trijntje Kikkert (1774-Den Helder 1835) met haar neef Lambert Albertsz Kikkert (1763-1818). Zij kwamen, zeker tot 1802, in het ene deel, terwijl het andere al was ge- De Zee en haer Gevolgh, daar sytge toe ge went. Daer is Uw eygen Huys, Uw Eygen element. 37

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2002 | | pagina 39