Ineke Vonk-Uitgeest
28
kamer Amsterdam. Hij is Jong Matroos en zijn gage is f 8,- per maand. Er zijn nog 3 Texelaars
aan boord: Albert Kikkert, Hermanus Kikkert en Barend Bremer. Ze komen op 28 juni 1770 aan
op Batavia. Jan blijft aan boord van "d'Jonge Thomas". Na 2 mnd/7 dg. aan boord overlijdt hij
op 5 sept.1770, zonder testament.
Cornelis Claasz van der Wiele is vertrokken op 12 sept.1791 met het schip "Rozenburg" voor
de kamer Delft. Hij is waarschijnlijk matroos/soldaat geweest. Dit is slecht te lezen. Het schip
komt op 1 april 1792 aan op Batavia.
Willem Theunisz de Wijn is op 2 okt. 1746 gedoopt Ngeref. te Oudeschild als zoon van Teunis
Hendriksz de Wijn en Neel Simons Schemmel. In 1779 trouwt hij met Antje Matthijs den
Berger. Op 25 dec. 1779 laten Willem en Antje een testament op langstlevende opmaken bij
notaris Abraham Wentel. In deze akte staat tevens vermeld dat Willem opperstuurman is in
dienst van de kamer Hoorn, op het schip "Beekvliet". Hij zal dan wel in jan. 1780 met dit schip
richting Batavia zijn gegaan, (het grootboek van dit
schip was uitgeleend bij het VOC archief in Den Haag)
Op 17 dec. 1786 vertrekt Willem als Capiteijn ter
zee met het schip "Merenberg" voor de kamer
Enckhuijzen naar Batavia. Zijn gage is f 72,- per
maand. Bij vertrek heeft Willem een schuld bij de
VOC: 2 mnd. gage f 144,-, aan Antje den Berger
f300,-2 scheepskisten f 19,15 en 4 kelders
f16,- totaal f 479,15. Er zijn nog 3 andere Texe
laars aan boord: Albert Kikkert, Cornelis Scha-
gen en Hendrik Dirksz Bakker. Willem de Wijn
overlijdt op 25 nov. 1787 aan boord (er wordt
over 11 mnd. en 9 dg. gage berekend). De totale
reis duurde tot 14 febr. 1788.
Aantekening in het Grootboek van het schip "Me
renberg": 17° dec. 1786 uijtgezeijld is tot heeden
te koomen overlijden, heeft op 8 aug. 1787 een
generale cediciair procuratie gepasseerd voor den not.M. Johannes Nicolaas Bestbier en tot
executeur benoemd de eerwaarde Jan KQQijman, predicant van de Luth.gemeente een dhr.
Carl Hendrik Specht dezer stede om het zuijver overschot over maaken aan mejuffrouw Antje
den Berg, woonagtig te Enckhuijzen.
Op 8 aug. 1789 ontvangt Antje de f 300,- schuld, zij ondertekend met Antje den Berger
weduwe de Wijn. En op 16 aug. 1796 (9 jr. na overlijden) ontvangt zij via Jacob Bruijn het
restant f 333,17.
Bronnen:
Not.aktes RA Haarlem, VOC archief ARA Den Haag, diverse stambomenfamilieboeken ,DTB
bibliotheek Hist.Ver Texel., Dijt-Texelse Geslachten I en II, vd Vlis-'t Lant van Texsel en tips
van Miriam Klaassen.