13 «-Pagina 12, bovenste foto (op de trekker) v.l.n.r. Theo Backer, onbekend, Peter Riteco en Adrie (Hompie) van der Slikke. Foto linksonder (in de wolkar) v.l.n.r. Reina Lap, Peter Riteco, Theo Backer. Foto rechtsonder (voor de boerderij) Klaas Lap en beide zoons. spontaan tijdens het 'trappen' naar beneden vallen. Je moest het trucje wel even leren! We gebruikten verschillende knopen om de zak op te hangen. Eén ervan was de struikro- versstreek (zie bijgevoegde afbeelding). De zak moest vrij van de vloer hangen, want door het gewicht van de wol rekte het touw enigszins en dan kwam de onderkant van de zak op de grond. Probeer dan nog maar eens een stevige zak te trappen, want daar ging het om Floe steviger de zak hoe gemakkelij ker hij te hanteren en te vervoeren was. De opmerking 'slappe zak' werd nog al eens ge bezigd in dit verband. Een volle baal woog tussen de 250 en 300 kilo. In Den Hoorn haalden we de balken bij aannemer Boon. In Oosterend bij de fa. Drijver. We droegen die dan op de schouders naar de boerderij van Aai Lap, ondertussen liedjes galmend met Peter Riteco als voorzanger, een transistor radio hadden we niet! We zongen dan: Met vakantie, met vakantie Trekken wij de wolbaai in Een trappie hier, een trappie daar En zo'n baal is voor mekaar Op melodie van Met vakantie, met vakantie, trekken wij door Nederland. We trokken dan veel bekijks. Het kwam wel eens voor dat er niet zo'n bes te balk tussen zat en zo gebeurde het een keer dat we met z'n drieën stonden te trap pen en er een balk brak. We schrokken ons wel even te pletter, maar het liep goed af, we haalden een andere balk en gingen gewoon verder. Er was geen Arbeidsinspectie die toe zicht hield op vakantiewerk en wijzelf tilden er ook niet zwaar aan. Vijf zakken hingen er op een rij, want er werd gesorteerd over vijf verschillende kwaliteiten. Van hoog naar laag: dubbel 0, 0, 1, 2 en 'nop pen'. De noppen herkende je meteen. Het waren die stukken wol waaraan nog schapen stront zat. De noppenbalen werden trouwens wel de stevigste! Om beurten was je de klos met het trappen van deze geurige baal. Het trappen van de noppenbaai was makkelijk, hij zakte door het gewicht van de noppen vanzelf in en werd loodzwaar. Volgens Peter Riteco werd de beste wol, alles dubbel 0, aangele verd door Van der Star, wiens schapen in de Slufter graasden, maar er zat wel zand in! Als de boer met zijn wagen aangereden kwam, werd er gesorteerd en gewogen, dan moest er 'getrapt' worden. Eerst een flink bo dempje van vier of vijf vachten in de zak gooi en en dan de man er ook in. Eén man ging opgooien en drie man trappen. Je stampte vanaf de buitenkant van de baal en danste als het ware naar boven. Was de zak goed vol dan naaide je hem dicht en trok vervol gens de vier touwen los waaraan hij was vastgeknoopt en rolde hem dan naar de sta pel volle balen. Vervolgens knoopte je een nieuwe baal op en het geheel herhaalde zich. Als er een paar boeren tegelijk kwamen ging het er hectisch aan toe. Tijd is geld en dat was het toen ook. Als je naar huis reed kon iedereen aan je zien dat je niet van het bollenland kwam. Kwam je wat dichterbij dan kon men het ook ruiken, vooral als je die dag de vacht van een ram op je kop had gehad! De vettige schapenwol liet zijn sporen achter en je hoorde nogal eens zeggen 'Wot hèw jee deen, je siet eruut as 'n béést.' Zo gingen we eens extra drinken ko pen in het winkeltje van de familie Pool (zie Texelse Courant van vrijdag 31 maart 2000) in Den Hoorn, toen de aanvoer van wol even stagneerde. Je deed zwaar, warm werk, waar je flink dorstig van werd en kon wel zo'n vier liter drinken per dag op. Naast de koffie en thee van de boer waar getrapt werd, kreeg je een fles chocomel van de Wolfederatie en je nam ook zelf drinken mee van huis, het was eigenlijk nooit genoeg Toen we met z'n vie ren het winkeltje binnen kwamen, met vette kleren en nog vettere petten, die je echt op moest zetten ter bescherming van je haar, schrok mevrouw Pool zich te pletter. We moest op z'n Tessels uitleggen wie we waren en wat we deden, en dat stelde haar wel enigszins gerust, maar ze was toch blij dat we

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2000 | | pagina 15