leende -uit geheime middelen- aan Willem V
voor heropbouw van een stadhoudelijk leger
70.000 Engelse ponden en voorkwam daar
mee veel desertie.
Ter verdediging van de patriottische stad
Amsterdam werd een defensie-commissie
gevormd en een Zuiderzee-Armada gefor
meerd, waarbij ook het Noorderkwartier was
betrokken en Adriaan Braak een belangrijke
rol kreeg, evenals zijn collega's, kapitein ter
zee Jan Seis (1743-1807) en kapitein Paulus
Hendrik van Pelt.
en gebruikte daarbij premies. De organisatie
was zeer goed en had veel discipline. De
opvarenden kregen eigen uniformen en ver
houdingsgewijs uitstekende voeding, die be
taald werd uit kostpenningen van tien stui
vers per man per dag. Met veel succes werd
de bevoorrading van de legers belemmerd
en de scheepvaart in dat gebied nauwkeurig
gecontroleerd. De stadhouder wilde in juli
1787 oorlogsschepen vanuit Texel en het
Vlie inzetten tegen de 'zeeroverij en piraterij'
van de opstandige Zuiderzeevloot, maar de
hem zeer getrouwe advocaat-fiscaal van
Amsterdam, Joan Cornelis van der Hoop
(Den Haag 1742-Den Haag 1825), liet Wil
lem V weten dat die schepen een te grote
diepgang hadden.
In juni 1787 had Braak van de Admiraliteit
van het Noorderkwartier het commando ge
kregen op het spiegeljacht de 'Vrijheid'. De
taak van hun vloot bestond uit het blokkeren
van de kusten van Utrecht en Gelderland
met 16 schepen, die geschikt waren om in
het ondiepe water te opereren De bedoeling
was ook de zee bezuiden Medenblik en
Lemmer te beveiligen. De bemanningen be
stonden uit ruim 700 man, waaronder veel
mensen die afkomstig waren uit de visserij,
kust- en beurtvaart. Braak trok 450 man aan
Op het verzoek van 3 augustus, waarin
Braak de admiraliteit van Amsterdam om
ontslag uit 's Lands dienst vroeg, kreeg hij
geen antwoord. Begin september 1787
schreven Braak, van Pelt en Seis aan de
admiraliteit een brief waarin zijn van het Ge
west een vaste aanstelling verzochten omdat
zij anders bezwaarlijk hun posten konden
blijven bekleden. Ook die brief verdween in
Van de kanonneerboten in 1787 is geen afbeelding be
kend. Toch kwamen kanonneerboten steeds meer in
gebruik. Kanonneerboot, scheepstekening in aquatint
door David Kleyne
Joan Cornelis van der Hoop (1742-1825). Advocaat
fiscaal van de Amsterdamse admiraliteit. Kopie naar
schilderij door C. Cels uit 1816
6