Een bekende uitspraak over een zeer
handig iemand is: wat zijn ogen zien,
kunnen zijn handen maken. Een variant
hierop bezigde Sieme Ran, die zijn eigen
handigheid niet hoog inschatte: 'Wat me
óóge siên, ferniêle me hande.'
Een vertegenwoordiger van brandverze
kering 'de Onderlinge' kwam met een
vragenlijst bij een oude boer ergens on
der de Dennen. Toen hij vroeg hoe groot
de afstand was van zijn boerderij tot de
dichtstbijzijnde brandweerkazerne keek
de man hem zo ongelukkig aan, dat hij
de vraag anders formuleerde: 'Als je de
brandweer belt, wanneer komen ze dan?'
Die vraag werd begrepen en opgelucht
antwoordde de boer: 'Nou, eh, mééstal
dezellefde dag nag!'
Ik heb me er vaak over verbaasd, dat de
voorraad anekdotes nooit lijkt op te ra
ken, maar nu heb ik toch het gevoel dat
de bodem in zicht komt. Het zou mooi
zijn als onze lezers (weer) in de pen
klommen, want volgens mij leven er nog
heel wat meer humoristische verhalen
onder Tesselaars!
G.E. Dros
28