Du Gordijn en Kalis weten of zij die nog
moesten betalen.
Hun derde probleem was de inhoud van het
testament dat destijds door Sijbrand Kok en
zijn vrouw Antje Bruijn was gemaakt. De ka
mervoogden konden de inhoud niet begrij
pen. Na uitvoerige bespreking werd door en
uit de raad een commissie benoemd om de
zaak volledig na te gaan. Die taak werd
toevertrouwd aan Sijbrand Pietersz Keijser,
Gerrit Reijersz Kooyman en Jan Jansz Wil-
kes. Als hulp werd de gemeentesecretaris,
Willem Johannesz Romans toegevoegd.
De commissie kwam met een uitvoerig rap
port en stelde vast dat volgens de stichtings
akte na het overlijden van kamerbewoners in
de Waalderstraat alle eigendommen -in de
meeste gevallen alleen bestaande uit wat
inboedel en kleding- vervielen aan de ka
mers. In dit geval lag dat anders. De weduwe
had, na het overlijden van Sijbrand Kok, aan
de vier kinderen uit zijn eerste huwelijk bij
wijze van 'uitkoop' aan ieder kind 50,- uitge
keerd. Van de twee toen nog minderjarige
kinderen -Ariaantje, geboren in 1773 en Mar-
tje van 1777- was Antje Kok-Bruijn voogdes
geworden. Hun erfdeel -nog vast te stellen na
een nader advies- moest alsnog worden uit
gekeerd. Wat de stoel in de kerk betrof was
gebleken dat de armvoogden van de gerefor
meerde diaconie die zich hadden 'aangema
tigd' en daarom gehouden waren daarvan de
betaling te doen. Het innocente kind kon niet
in de kamer blijven. Bij alle gezindten was het
op Texel een constant gebruik dat kinderen
van overleden ouders, die te oud waren om
in het weeshuis te worden opgenomen, aan
de kerk werden opgedragen. De diaconie
weigerde het kind aan te nemen of de ali
mentatie te verzorgen omdat 'uit hoofde van
gebrek aan zielsvermogen' Martje Kok geen
lid van de gereformeerde kerk kon worden,
ook al waren haar ouders leden geweest. De
commissie meende dat een innocent kind
niet aan de diaconie kon worden opgedron
gen, maar stelde voor dat het gemeentebe
stuur nog eens met de diaconie overleg zou
hebben. Zij eindigden hun verslag met: 'Alles
aan het meerder verlichtende oordeel van de
vergadering overlatende'.
De gemeenteraad liet de kamervoogden we
ten dat zij in deze zaak tot rekening en ve
rantwoording verplicht waren. De diakenen
werden voor nader gesprek opgeroepen en
verschenen in de eerstvolgende vergadering.
In hun betoog brachten zij allereerst naar vo
ren dat hun kas al zwaar belast was met uit
keringen aan behoeftige lidmaten. Zij konden
het kind -dat geen lidmaat was- niet aanne
men en wezen op een soortgelijk geval dat in
Den Hoorn was geweest en waarvoor door
eerdere Texelse bestuurders een schikking
was gemaakt waarbij de lasten bij het alge
mene armbestuur van Den Hoorn waren ge
komen.
Treffend was dat het gemeentebestuur in de
zelfde vergadering werd opgezadeld met een
ander probleem over armenzorg. Eén van de
algemene armvoogden van Den Hoorn, Cor-
nelis Jansz Smit (1754-1809), kwam advies
vragen over de ondersteuning van een echt
paar, waarvan de man lid van de gerefor
meerde gemeente was en de vrouw geen
belijdenis had gedaan. Het algemene armbe
stuur stelde zich op het standpunt dat de ge
reformeerde diaconie voor het gezin moest
zorgen, maar dat werd betwist. Na discussies
kwam men tot een Salomonsoordeel door te
bepalen dat de kerk de man onderhoud
moest geven en het algemene armbestuur
een aanvulling moest doen. Zonder bedragen
te noemen konden de Hoornders daaraan
nog veel woorden besteden.
In december 1796 besloot de gemeenteraad
aan de kamervoogden van de Waalderstraat
te gelasten het innocente kind van Antje Cas-
pers Kok-Bruijn op te dragen aan de 'naaste
vrienden' (bedoeld werd de familieleden). Bin
nen een maand reageerden Cornelis Sij-
brandsz Kok, een halfbroer van Martje Kok,
mede namens zijn broer en zijn zwager, Ger
rit den Gelder, wonende te Huisduinen. Zij
waren allen onvermogend en konden niet
voor Martje zorgen en daarom droegen zij het
kind op aan de raadsvergadering. Nu geble
ken was dat de diaconie noch de familie met
het kind kon worden belast, moest het alge
mene armbestuur van Den Burg die zorg op
zich nemen. Daarvoor moest dat armbestuur
aan middelen worden geholpen. Deze keer
23