G.E. Dros
17
noemde de oorlog van 1830 heeft medege
maakt en het bombardement van de Citadel
van Antwerpen heeft bijgewoond.In de Waal
werd gestopt en werd muziek gemaakt en
gezongen. De Waal werd, weer met een toe
spraak, bedankt voor de 'feestelijke ont
vangst en het uitgeleide'. De mars naar Oos
terend werd voortgezet 'waar wij des mid
dags ten 5 uur door de achterblijvende kinde
ren en ouden van dagen met den grootsten
jubel werden ingehaald.Toen volgde nog
een rondgang door Oosterend en in de Pe
perstraat werd de stoet ontbonden. 'Het was
een feestdag ter eere Gods en onzer gelief
de Koninginne waardig.
De volgende dag werd 's morgens het
schoolfeest gehouden. (Het boekje vermeldt
hierover geen verdere bijzonderheden.) 's
Middags om 2 uur verzamelde de stoet van
edelen en meisjesverenigingen weer in de
Peperstraat om de Prins van Oranje in te
halen. De burgemeester was ook aanwezig.
In optocht trok men naar Oost, waar de lan
ding zou plaats hebben. 'De troep was omge
ven door honderden en honderden toe
schouwers, alle dorpen van het eiland waren
vertegenwoordigd, zoodat, leefde men een
weinig met de geschiedenis mede, men zich
best kon verplaatsen op den weg van Den
Haag naar Scheveningen op den 30 Novem
ber 1813.'Leverde de weg een schoon
schouwspel op, nog schooner was de aanblik
dien men op de dijk kreeg te genieten. De
zee was kalm en spiegelglad, hier en daar
lagen de visscherssch uiten voor anker, in de
verte ontwaardde men het oorlogsschip 'De
Warior' (schuit van C.A. Timmer) waarop de
langverwachte zich bevond.Ereschoten wer
den gelost en vier als Scheveningse vissers
geklede Ooster vissers zetten de Prins aan
wal. 'Onder onbeschrijfeiijken jubel en geest
drift des volks werd de Prins (C.K. Mossel)
naar den gereedstaanden wagen gebracht...'
Er werden weer toespraken gehouden, ook
door '....den Prins, in hoogst aangedane ge
moedsstemming.
Onder het zingen van vaderlandse liederen
trok de stoet langs Oost, de Groeneweg,
over Zevenhuizen naar Oosterend, waar de
Prins met zijn gevolg bij 'het huis van Styrum'
(het huis van C.P. Bakker) afstapte. De Prins
las op het 'bordes' een proclamatie voor, die
met gejuich werd beantwoord. De burge
meester hield een toespraak en na nog een
rondgang werd het feest besloten in de Pe
perstraat, 'waar men nogmaals door het aan
heffen van 'Leve de Koningin' en tenslotte
'Leve de Commandant' noode van elkander
scheidde.'s Avonds waren er weer toespra
ken, er werd gezongen en de voortrekkers
van de feestelijkheden werden gehuldigd.
'...en dat door de Oosterenders en Oosters
goed feest is gevierd, dat in de harten in
greep, getuige het veie volk, de veie uitdruk
kingen in verschillende dorpen gedaan en de
veie geiukwenschingen, zoowel van hier ais
elders ontvangen. Wij eindigen dan ook deze
beschrijving: Soii Deo Gloria!'
In de middag van de 10e september klonk
opnieuw hoorngeschal: er was een telegram
van Hare Majesteit ontvangen, waarin zij de
feestcommissie dankte voor het huldeblijk!
ledereen was weer op de been in de Pe
perstraat bij de voorlezing van het telegram.
De goede afloop van het feest werd door de
heer Jansma in -jawel, wéér een toespraak-
geschetst. De feestcommissie werd geprezen
en '....ontdaan van alle kermisvermakelijkhe
den droeg ons feest een ernstig karakter.
Ons spenende van alle geestrijk vocht, be
waarden wij ons verstand.' '....en waarlijk,
ons feest zou niet zijn geweest tot eere van
onze beminde vorstin, ware het ontsierd ge
worden door drink- en danspartijen en hun
gevolg..:
Zo werd het feest tot ieders tevredenheid
besloten. Tenminste, tot tevredenheid van
'christelijk' Oosterend. Over katholieken en
niet kerkelijken horen we niets. Zochten zij
hun vertier elders of deden ze gewoon mee?