J.T. Bremer
warenvan het dorp wech soude doen too-
pen, 't welck hij oock heeft geëffectueerd U
ziet 't, de 'streakers' uit de jaren zeventig van
onze eeuw brachten niets nieuws! Was dit
een geintje, een spel, er waren ook wedden
schappen met een heel wat hogere inzet,
met grote risico's en van een grimmige ernst.
Zo raakte Abraham Michielsz. van der Stain
in de herberg van Bleiswijk in discussie met
de kroegbaas over de vraag hoe een bepaal
de zuil in Rome er nu precies uitzag. De ka
stelein verlangde een tekening van de zuil en
een persoonlijke getuigschrift dat Abraham
hoogst persoonlijk in Rome was gaan kijken
wie gelijk had. Van der Stain slaagde erin
aan de gestelde voorwaarden te voldoen en
won bij zijn thuiskomst in 1614 het huis van
de kastelein. In de herbergen werden in die
tijd blijkbaar heel wat zaken gedaan van het
soort dat in de kerkeraadsnotulen aangeduid
werd als kwade, zotte, malle of lorachtige
koopmansschappen, want in geheel Holland
gold als rechtsregel: koop en verkoop in de
herberg gedaan, mocht binnen 24 uur wor
den herroepen
Een op Texel bekend verhaal is dat van Ba-
rent Bakker uit Den Burg, die in de zomer
van 1624 zijn leven op het spel zette door in
zijn baktrog van Texel naar Wieringen te va
ren. Tot zijn geluk bleek het onhandelbare
vaartuig althans voor die ene reis voldoende
zeewaardig.
Tien jaar eerder, op Driekoningen 1614, had
Simon Pietersz. Poorter te Haringkarspel ten
zuiden van Schagen bij zijn gelag in de her
berg zijn koeien te koop aangeboden op con
ditie van binnen het jaar Jeruzalem te bezoe
ken. Als hij daarin zou slagen, zou hij dubbel
geld voor zijn koeien hebben. Zo niet, dan
was hij alles kwijt. Simon Pietersz. hield boel
huis, informeerde naar scheepsgelegenheid,
ging te Den Helder aan boord en liet zich
voor Joppe aan land zetten. Vervolgens reis
de hij door naar Jeruzalem en bezocht de
heilige plaatsen aldaar. Binnen negen maan
den was hij terug, gewapend met een getuig
schrift van frater Angelus a Messana, gardi
aan, bewaarder van het Heilige Zand, gete
kend 7 juni 1614. Simon Pietersz. had voor
300,- (een jaargeld in die dagen!) aan
koopwaar meegenomen op zijn reis. Met de
daarop gemaakte winst had hij de reis ge
makkelijk kunnen betalen, ja hij hield nog
geld over. En natuurlijk had hij dubbel geld
voor zijn koeien. Tenslotte had Simon Pie
tersz. nog een deken meegenomen die 'op 's
Heeren graf' had gelegen. Dirk Burger van
Schoort, de schrijver van deze weddenschap-
verhalen, had de deken zelf gezien! Mr. Dirk
Burger van Schoorl was chirurgijn en woonde
vele jaren te Oudesluis in de Zijpe. Uit een in
het rijksarchief te Haarlem aanwezige notari
ële akte (no. 4585) blijkt dat mr. Dirk op 16
juli 1696, 46 jaar oud was. Volgens een in
het polderarchief van De Zijpe berustend ko
hier van de familiën (no. 363) uit 1674 woon
de de uit Schoorl afkomstige mr. Dirk als chi
rurgijn 'aen de Sluys'. Uit een Vacte in het
Alkmaarse gemeentearchief (notarieel archief
deel 304, acte no. 125) blijkt dat mr. Dirk,
wonende 'aen de Groote Sluijs 't Ouwe Zijp',
ook optrad als 'collecteur* van verschillende
soorten belastingen.
De belastingen op verbruiksgoederen als
bier, zout en brandstoffen werden in die jaren
verpacht'. De pachter betaalde de geschatte
belastingen en mocht dan deze belastingen
in zijn dorp innen. De winst was voor hem
(het eventuele verlies overigens ook). Mr.
Dirk heeft later enkele in zijn tijd zeer beken
de kronieken geschreven. In de 'kroniek van
Medemblik' heeft hij de weddenschappen van
Barent (de) Bakker en Simon Pietersz. ver
meld. Mr. Dirk Burger van Schoorl, zoals hij
zich als kroniekschrijver noemde, heeft de
laatste jaren van zijn leven in Callantsoog
gewoond. Daar althans is hij begraven en
zijn grafsteen is op het kerkhofje rond de ou
de dorpskerk tot op heden te zien.
Literatuur:
J.T. Bremer, De Zijpe, bedijking en bewoning
tot omstreeks 1800, 1985, blz. 76;
A. Th. van Deursen, Het kopergeld van de
Goude Eeuw, deel I, 1978, blz. 104 e.v.
11