17 wijst op een verering uit de vroege middel eeuwen. En hoe zou het beeldje, 81 cm hoog, in de 16e eeuw ooit van Den Hoorn in De Goorn terecht zijn gekomen? Misschien meegegaan met de zusters van het Agnie- tenklooster uit Den Burg die omstreeks 1567 overgeplaatst werden naar Leiden? Helaas kunnen we dus niet zonder meer met pastoor Van der Loos zeggen dat het beeldje uit Den Hoorn stamt. Maar uitgesloten is het niet, in welk geval kapelaan Dirk, dienstdoende voor het Maria-altaar van Den Burg, het waar schijnlijk ooit wel eens onder ogen gehad zal hebben. Misschien is er een Agatha Christie onder onze lezers die nog een slimme oplos sing weet te bedenken. Mij leek het in elk geval in deze tijd van het jaar, en niet alleen uit historisch oogpunt, belangrijk genoeg om bij een Mariabeeld, een kazuifelkruis met Jo- hannes de Doper en een kapelaan die de gekruisigde aanbidt, alle drie uit voor-refor matorische tijd, eens wat langer stil te staan. G. van der Kooi Noten: 1. Daarover zal ik later publiceren. Het betreft hier Cornelis Jansz, bijge naamd Jonge Cuyp en zijn makker die een beeld in De Waal stukslaan; 2. Dit gedeelte is een bewerking van een inleiding die ik heb gehouden bij de opening van de tentoonstelling over folklore in de NH-kerk van Den Burg, zomer 1997. De gegevens er voor zijn ontleend aan: T. van Bue- ren, Gegevens over enkele epitaphen uit het Sint Jansklooster te Haarlem; Dr. Geertruida de Moor, Dirk Da- nielsz van Noortich en Tielman Ja- cobsz Oem van Wijngaarden; Hand schrift Alg. Rijksarchief Utrecht, Dom kapittel 4191, uit 1519, geschreven door Cornelius Palinck. Overigens: epitaphen zijn grafafbeel dingen of grafschriften; 3. Zie mijn artikeltje over Texelse wijde lingen tussen 1505 en 1518 in nr. 40 van ons verenigingsblad; 4. Jacques Schraag, Veldnamen van Texel, p. 451 (register); 5. Zie daarvoor mijn bijdrage over Tes- selaars aan buitenlandse universitei ten in dit of in het volgend nummer van ons blad; 6. B.B.H. deel 45, 2e aflevering, 1927; 7. Het woordenboek van Van Dale om schrijft een kazuifel als 'een zijden of halfzijden opperkleed zonder mou wen, waarop van voren een kolom en van achteren een kruis is afge beeld.' Hier gaat het dus alleen over het kruis. Of het gehele kazuifel aan wezig is, is mij niet bekend; 8. Ik neem dit aan op gezag van pas toor Van der Loos, aangezien ik het uit de afbeeldingen zelf niet kan op maken. Misschien een van onze le zers? 9. Keuren van Texel, G.A.T. nr. 1; 10. Dat het hier afgedrukt kan worden is, evenals de volgende afbeelding, te danken aan de medewerking van het Catharijne Convent en met name aan de heer Kees van Schooten aldaar; 11. Voor de niet-roomskatholieken onder onze lezers luidt de vertaling: gegroet Maria vol de Heer met jou, of voor roomskatholieken gebruikelijker: wees gegroet, Maria, vol van gena de, de Heer is met U. Zie voor dit opschrift: J.A. v.d. Vlis, 'tLant van Texsel, p. 94 en het artikel van Gré Dros over Texelse klokken in ons blad, nr. 14 (maart 1990); 12. A.M. van Loosen-Loerakker, 'Maria op de maansikkel'. Op pagina 14, 15 en 16 ziet u achtereenvol gens afgedrukt -in kleur!- de afbeeldingen van: de kapelaan, het kazuifelkruis en het beeld.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1997 | | pagina 19