BESTEMMING BATIG SALDO BIJ LIQUI
DATIE
f 3.700.-
N. Huijsman Rzn
16
Hieromtrent kwamen B&W (Burgemeester
W.B. Oort en wethouders R.P. Keijser Czn
en KI. Vlaming) d.d. 22 maart 1927 met het
volgende prae-advies:
a) het batig saldo bij de liquidatie in oktober
a.s. liet zich na algehele afschrijving van de
gebouwen, machines, gereedschappen en
het net per 1 januari 1927 begroten op rond
10 mille. Bij gelijke exploitatie-resultaten zou
dit op 1 oktober (sluiting noodcentrale) aan
gegroeid zijn tot plm. 14.700,- (er was nog
geen verslag over 1926);
b) het batig saldo van het gemeentebedrijf
behoorde uiteraard aan de gemeente. De
24 inwoners van Den Burg die zich voor
500,- garant stelden voor eventuele verlie
zen noch de stroomafnemers konden aan
spraken laten gelden. Toch zou het redelijk
zijn de stroomafnemers, geheel onverplicht,
iets terug te geven. Hoeveel en op welke
manier? Tot 1925 was de stroomprijs niet
onredelijk geweest, omdat toen nog niet
zeker was hoelang de exploitatie -met mo
gelijke tegenvallers- van de noodcentrale
zou duren. In augustus 1925 werd tot de
elektrificatie van alle dorpen besloten en
was te voorzien, dat het noodbedrijf binnen
een paar jaar zou kunnen worden opgehe
ven. Toen was verdere reservevorming niet
meer nodig. De stroomprijs had toen ook
verder verlaagd kunnen worden. Voorts had
men bij de aanleg van de lichtgeleiding in
huis destijds 20,- betaald voor toen duur
materiaal, dat inmiddels niet meer deugdelijk
geacht werd;
c) voorstel tot reductie op de sedert 1 janua
ri 1926 betaalde stroomprijs, mits het be
drag daarvan wordt aangewend (boven de
14,- ten laste van de TEM) voor het om
bouwen en uitbreiden van de huisinstallatie
en de aangeslotene bij de start van de TEM
stroomafnemer zou worden volgens het ver-
trekkentarief. Deze reductie zou alleen gel
den voor de afnemers volgens het gewone
tarief van 50 cent.
Uit praktische ovenwegingen werd de contro
le op de naleving van de voorwaarden en
de uitbetaling van de te restitueren bedra
gen aan de TEM overgelaten;
d) voorstel bedrag der reductie.
Het batig saldo begroot per 1 oktober 1927
bedroeg 14.700,-
Af: uitkering aan gemeente als vergoeding
voor de rente op de afkoopsom en bijko
mende kosten van de concessie gasfabriek
8150,- a 5% gedurende 9 jaren):
Er bleef beschikbaar: 11.000,-
De stroomopbrengst van 1 januari 1926 tot
1 oktober 1927 werd geschat op 19.500,-.
Bij een reductie van 50% kwam dan ter be
schikking van de stroomverbruikers
9.750,-
Vergoeding aan TEM voor haar bemoeiin
gen 500,-
Vergoeding TEM voor eventuele tegenval
lers 750.-
11.000,-
(Voor de 320 afnemers betekende de reduc
tie toch 30,-.);
e) ook overdracht aan de TEM van de mac
hines, gereedschappen en het net onder
verplichting voor opruiming zorg te dragen.
De elektriciteitscommissie ging akkoord met
deze oplossing en ook de raad besloot tot
dienovereenkomstige afwikkeling.
Bronnen:
-Gemeentearchief Texel voor notulen raad,
b&w, prae-adviezen en gemeentelijk elek
trisch bedrijf;
-Texelse Courant en Nieuwe Texelse Cou
rant.