GEMEENTELIJK ELEKTRICITEITSBEDRIJF TEXEL ELEKTRISCH LICHT VAN DE NOODCEN TRALE 1919-1927 GEMEENTELIJK ELEKTRICITEITSBEDRIJF In 1907 startte de aerogeenfabriek in de Julianastraat te Den Burg. Initiatiefnemers waren dokter Adriaan Wagemaker (1863- 1933), zijn schoonvader August Keijser (1848-1917) en diens broer Herman Keijser (1844-1919) (bron Cor Reij). Voor de exploi tatie verleende de gemeente een concessie van dertig jaar. De gasvoorziening betrof slechts een gedeelte van Den Burg en in 1913 was het aantal aansluitingen plm. 200. Mede door de, tijdens de oorlogsjaren (1914-1918), gestegen kosten werd de ex ploitatie moeilijk en de gemeente wilde een hogere gasprijs niet toestaan. Na 10 jaar bestond de mogelijkheid de concessie te beëindigen, hetgeen voor beide partijen de beste oplossing leek. Het gasbedrijf had geen perspectief en de gemeente wilde de handen vrij hebben. De concessie mocht geen hinderpaal zijn bij de plannen voor de elektrificatie van geheel Texel. De gemeente wilde een nette oplossing en besloot in 1918 de concessie af te kopen voor 8.000,-, waardoor de eigenaren er met een matige rente van hun geld uitsprongen. Gasfabriek, nu winkel Th. de Graaf Gebouw noodcentrale in het park De gemeenteraad d.d. 27-7-18 besloot tot stichting van een noodcentrale voor plm. 50 mille. De gemeente verstrekte de nodige middelen, waarop gedurende de eerste vier jaar 10 mille per jaar moest worden afgelost. De bedrijfsverordening van 1919 bepaalde o.m. dat de afschrijving tenminste gelijk moest zijn aan de verplichte aflossing en dat de winst na afschrijving werd gereserveerd. Om de forse afschrijving ook te verdienen moest met het te verwachten aantal aanslui tingen het tarief gesteld worden op 1,- per jaar per kaarslichtsterkte. Ter voorkoming van een dalend aantal aansluitingen o.a. door het toch hoge tarief moest men zich bij aansluiting verplichten tenminste vier jaar stroom af te nemen. De noodcentrale dien de als overbrugging tot het tijdstip van de elektrificatie van het eiland, die toch binnen 5 a 6 jaar verwacht mocht worden en dan mocht een nog niet afgeschreven noodcen trale geen hinderpaal zijn. Het was een noodvoorziening ten behoeve van de inwo ners van Den Burg die ook alleen de lasten moesten dragen en zonder enige bijdrage van de gemeente. Het hoge tarief en de ver plichte stroomafname van vier jaar zouden voldoende winst garanderen en dus het risi co voor de gemeente vermijden. Als extra zekerheid gaven een 25-tal kapitaalkrachtige inwoners de gemeente nog een garantie van 500,-. Met deze dekking werd het risi- 11

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1997 | | pagina 13