7 wijze van bemaling kanalen te gra ven, die de verschillende polders verbinden en het water naar de uitlozingsplaats brengen. Op deze wijze zou Texel tevens in het bezit komen van de zozeer gewenste waterwegen, waarlangs het de landbouwproducten kan vervoeren naar de havenplaats Oudeschild. Bij een stichting van een Centrale op Texel geeft dit bemalingsplan de minste bedrijfskosten en mogen we er nog op wijzen, dat het door de geringe lichtbelasting mogelijk is de speruren voor de bemaling te laten varen, waardoor deze dus ook in de avonduren kunnen draaien. De capaciteit der gemalen kan dus kleiner worden dan die van het vasteland, terwijl ook de toevoer kanalen van minder omvang zijn. Bij deze wijze van bemaling is de benodigde capaciteit van het ge maal bij de Centrale in het Noor den 350 kW en voor dat in de Prins Hendrik polder 120 kW. Ln de Centrale moeten we dus rekenen 500 kW. beschikbaar te hebben voor de bemaling (verliezen inbe grepen)." Ook voor de landbouw volgde een raming van de elektriciteits behoefte. Voor het dorsen bijv. was per ha. per jaar nodig ca. 25 kWh 7 kWh voor het stroo- persen. Ook voor andere landbouwbe- hoeften/machines maakte men schattingen van kWh. verbuik, t.b.v. karnen, bieten snijden, hooi transporteren en naar bo ven brengen tot max. 2 pk. De belasting werd voor de Texelse landbouw geschat op maximaal 300 kW. Elektriciteitsverbruik voor andere nieuw opkomende doeleinden werden wel ge noemd, maar niet geraamd, dat vond men ondoenlijk. Men noemde wel de diverse moge lijkheden op van toepassingen, zoals elektrisch koken (aantrek kelijk door het ontbreken van gas op Texel), verwarmen, strij ken, brood roosteren, elektrische beddenkruiken. Het rapport maakt hier een volgende opmer king over: "Al deze toepassingen staan nog in hun kinderschoenen en men kan gerust voorspellen, dat bij de te genwoordige hoge lonen en de veel besproken 'dienstbodenkwestie' de electriciteit een steeds groter aan deel in het huiswerk zal krijgen." Voor de capaciteit van de op te richten centrale ging men uit van maximaal 925 kW. Dit vereiste het plaatsen van 2 machine- en ketelinstallaties van 1000 kW elk, waarvan er één voor reser ve. Men dacht hierbij aan 2 vrij komende machines met dit ver mogen over te nemen vanuit de (PEN)centrale te IJmuiden, met een draaistroom van 3000 Volt, welke spanning voor Texel vol doende hoog werd geacht. Als waarde van de machines en ketels uit IJmuiden ging men uit van de boekwaarde op 1 jan. 1918. De aanlegkosten van de centrale werden dan in totaal geraamd op 400.000,- inclu sief het bouwen van 12 dienst woningen voor 80.000,-. Aan personeelskosten werd gere kend met: 1 chef machinist 2.500,- per jaar, 9 machinisten en stokers, per man 1.800,- per jaar en 2 kolentrem- mers/poetsers a 1.600,- per jaar. Voor de huur van de dienstwoning gold een inhouding van 10% op het loon van de betrokkene. Voor de distributie van elektrici teit rekende men op de aanleg van 8400 meter hoogspannings kabel met 18 transformator huisjes, een werkplaats, kantoor, telefoon, rijwielen, totaal 320.000,- incl. de bouw van 3 dienstwoningen voor 20.000,-. Aan personeel, 1 bedrijfsleider a 2.500,- per jaar, 2 lijnwerkers a 1.800,- per jaar en 2 hulp lijnwerkers a 1.200,- per jaar. Af centrale zouden dan de kWh opwekkosten bedragen 14,8 cent per kWh en voor de leve ring aan de laagspanningsnet ten, bij gehele elektrificaties op 61 cent per KWh en bij gedeel telijke elektrificatie op 99 cent per kWh. Hierbij zouden dan nog de kosten van de laagspan ningsnetten komen met 70.000 meter bovengronds net, 10.000 meter kabel voor de straatver lichting, 100 straatverlichtinglan tarens a 25,- en 1300 huis aansluitingen a 15,-; totale aanlegkosten van dit LS-net: 240.000,-. De conclusie was bij dit elektrifi- catieplan met eigen opwekking op Texel als volgt: "Deze prijzen zijn veel te hoog, zodat we de conclusie moeten trek ken dat Texel op deze wijze niet te electrificeren is, met als oorzaak te hoge vaste kosten der Centrale en de zeer ongunstige belasting van deze Centrale." Dan gaat men bekijken/bereke nen hoe het elektrificatieplan zou worden met aanvoer van elektrische energie vanaf het vaste land, van het aldaar aan wezige PEN hoogspanningsnet via te leggen 10.000 Volt zeeka bels. Men denkt hierbij aan twee te leggen zeekabels van ieder 5000 meter lengte. Eerst somt men alle nadelen op, t.w.: Mars diep geen ideale ligplaats, ster ke stroming, bodem niet in rust, diepten veranderen, kabels dan bloot, dan diep onder het zand. Bij kabelstoring zal herstellen soms bezwaarlijk zijn, vandaar een keuze in 2 kabels voor ho gere bedrijfszekerheid. Kabels moeten op afstand gelegd wor den van elkaar om schade te voorkomen door scheepsankers, oorlogsschepen willen hier nog wel eens ankeren, etc. Deson-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1996 | | pagina 9