6
htfer tór-»»'' iVj.'V!»
W'-,iVioP/',V/7, v
of het een spot- of scheldnaam is) in dit
genre: Om te beginnen met enkele namen
op en om de boerderij: Bul (4x), Bulletje,
Peerd en Ket en weer specifiek Tessels:
Laatlammer, Lampie, Sog.
Maar vervol
gens gaat
ons een
stoet aan
andere die
ren voorbij
waarvan
voor een
deel men
de herkomst
echt moet weten om die te kunnen snappen:
Kleios, Aap(ies), Beer(2x), Holebeer,
Kapbere, Vule Beer, Oranje hengst,
Wurm, Bosaap,
Boomaap, Bi-
son, Boskat
(2x), Herfstkat,
Kater, Dorps
kater (3x),
Poes, Puus,
Puussie, Pad,
Dikkop, Muis,
Fleermuus,
Vleermuis, Feestmuus, Meelmuus, Ezel(tje),
Koe, Sket, Elite stier, Paaskoe, Duunknien,
Knientje, Dromedaris, Gordeldier, Giraffe,
Bever, Rat (2x), Fret, Haas(sie), Slak, Bok,
Bokkie, Geit (2x), Pinguin, Walrus, Zadel
rob, Hagedis, Krokodil, Half-varken, Veredel
de Landvarken, Big, Biggevanger, Rubber
kikker, Huus-bééste, Kamerolifant, Vlaamse
lééuw, Poedel.
p.s. Beer kan ook slaan op een man-netjes-
varken.
Insecten
Tor (2x), mug (2x), bee (=bij), houtluus,
luus, vlieg, nachtvlinder (2x), pissebed en
dan wel niet precies een insect, maar wel
mee van doen: rupsevreter. (Deze naam
ontstond toen iemand in de oorlog zo graag
een "shaggie" wou hebben, dat hij als "te
genprestatie" een paar rupsen moest op
eten.)
Groente- en fruitsector
Pieper, irrepel, kers, krent, appeltje, pruum
(5x), erwtje, kool, korrepie (=koolraapje),
korrep, foppepeer, pinda, wortel.
Gereedschap
Hierin komt Piet lezer niet voor, maar wel
een deel van zijn handelswaar.
Biel, eiereklusser, zakmes (3x), aks (=bijl),
kwast, witkwast, knuppel (2x), pleeborstel,
skeermes, skuier (=schuier), skuumspaan,
stofzuger, stopnééld.
Bloemen en planten van onkruid tot sier
plant
Stiekel, bies, droogbloeier, klaproos, lotus,
geranium, struik, stokroos, uiebol, en wat er
mee verband houdt: potgrond en de bes die
iedereen kent: klessebes.
Veredeld
landvarken
Vissen
De vissenwereld is wat minder bedeeld:
Paling, snoek (3x), skar (2x), géép, goudvis,
roggie, krukel, stokvis.