REGISTRATIE VAN SCHIPPERS De Beurtvaartqids voor Nederland van 1921 vermeldt: No. 71. D.J. Bruin, motordienst Texel-Amsterdam v.v., vervoer van goederen en passagiers. Ligplaats Amsterdam, Prins Hendrikkade over perceel 26. Vertrek van Texel dinsdags en van Amsterdam vrijdags 14 uur. Ook goederen aannemen in Zaandam, Zaandijk, Koog a/d Zaan, Wormerveer en soms Purmerend. No. 589. J. Zuidewind, motordienst Texel-Amsterdam v.v., alleen goederenvervoer. Ligplaats Prins Hendrikkade tegenover Centraal Station. Vertrek van Texel dinsdags 9 uur en van Amster dam vrijdags 14 uur en van Zaandam om 15 uur. Ook aanleggen Koog a/d Zaan, Zaandijk, Wormerveer en zonodig ook Alkmaar en Den Helder. No. 258 a. H.W.& H. Keesom, motordienst Texel-Purmerend v.v. gedurende april t/m augustus. Vertrek van Texel maandags 14 uur en van Purmerend 8 uur; No. 258 b. H.W. H. Keesom, motordienst Texel- Leiden v.v. van mei tot medio oktober. Vertrek van Texel donderdags 8 uur en van Leiden vrijdags 7 uur. Van oktober tot april ongeregeld; No. 481. Texel's Eigen Stoomboot Onderneming N.V., stoombootdienst Texel- Den Helder v.v..Vervoer van 450 passagiers, goederen en vee. De gemeente Texel vermeldt per 1 Januari 1926: D. Mets, Wed. D.J. Bruin, J. Zuidewind, de Wit Klein, P. Wuis Zn, fa. Plaatsman, P. v.d. Vis en H.W. Keesom. Leden van de "Schuttevaer" in 1928 afd.Texel P.B. Keijser, voorz., G.J. Keyzer Pzn, secr., A.J. Bruin, D. Mets, Jn. Zijm, J.de Wit, Alb. Klein, Jn. Plaatsman, J.N. Bruin, J. Zuidewind, P. Moojen, I. Ocque, Dk. Vos, P. v.d. Vis, Jn. Rab Jzn, P. Vos en H. Keesom. REIZEN VAN VRIJE SCHIPPERS REIER DIJKER EN G.J. KEYZER PZN In het begin van dit artikel is vermeld, dat het reglement op goederenvervoer met beurtschepen in jan. 1820 verzonden werd aan Nan Koorn, Gerrit Geus, Dk. Bremer, Jan Dalmeijer, Jan A. Koning, Jacob Rab, Jan Szn Ran, Pieter Gzn Bakker, Reier Koning, Klaas Hans, Reier Dijker, Klaas Hoekstra en Maarten Smit. Hiervan werd alleen Nan Koorn in 1836 door de gemeente Texel als beurtvaarder op Amsterdam benoemd en de anderen trachtten in de vrije vaart hun brood te verdienen. Heel lang zouden deze vrije vrachtvaarders alles naar Texel vervoeren, waaraan behoefte bestond en evenzo het overtollige afvoeren. Wat deze schippers al niet vervoerden bleek o.m. uit het volgende. Augustus 1817 zat de quarantaine-plaats op Wieringen zonder drinkwater. De gouverneur in Haarlem verzocht 4 september aan de Schout op Texel overwijld twee schepen met vers drinkwa ter te zenden en de uitvoering te bevestigen. De bevestiging kwam niet, zodat de gouverneur op 13 en opnieuw op 17 september informeerde. Kennelijk was de levering nog achterwege geble ven, want de gouverneur liet de schout op 25 september weten, dat hij de bevelen moest uitvoeren en niet nalaten op grond van particuliere informatie en gelastte hem opnieuw een schip vers drinkwater te zenden en het schip daar te laten ter beschikking van de quarantaine-plaats. Of de schout onder indruk kwam van het bevel en meer van de noodzaak overtuigd raakte is niet bekend doch wel dat reeds op 29 september water uit de waterputten bij "Brakenstein" geleverd werd getuige de declaratie van 't Algemeen Weeshuis dd.29 september 1817 "Declaratie van leverantie van water, gedaan door Regenten van het Algemeen Weeshuis van Texel. 19

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1995 | | pagina 21