de
dialectgroep
Eens per maand heeft de dialectgroep een bij
eenkomst in d'Ouwe Ulo. De vaste kern be
staat uit zo'n 12 personen en belangstellenden
zijn altijd welkom. We houden ons bezig met
het verzamelen en inventariseren van Tesselse
woorden, maar vooral ook van uitdrukkingen
('sèèggies'), spreekwoorden, markante uitspra
ken en anekdotes. Hoewel we al 10 jaar bezig
zijn en al heel wat materiaal geïnventariseerd
hebben, blijken er steeds nieuwe (oude!) zegs
wijzen enz. op te duiken. De laatste tijd ont
vangen we ook van de lezers van ons blad
regelmatig materiaal voor ons 'archief'. We
zijn dus nog lang niet uitgewerkt. Een interes
sant aspect van ons dialect is bv. ook in hoe
verre bepaalde woorden verwant zijn (hun
oorsprong vinden in) het Nederlands van eeu
wen terug. De groep staat onder leiding van
Gelein Jansen. Dat er veel wordt gelachen op
de dialectavonden zult u begrijpen als u een
deel van de oogst van de laatste tijd leest, hie
ronder geplaatst!
Een man had zijn vrouw verlaten. Een zoon
van het paar kon dit zijn vader niet vergeven.
Hij wenste hem het ergste toe: 'Os ik sien hart
hier foor me hod, sow ik 't mit peper en sout
braaie en ik sow 'r dores onder blisse!' (Blis-
se= stoken van vuur met takken of dorens)
Een verwensing van Moppie Kalf: Se moste
se op haarde zeine zojuist gescherpt zeisen)
gooie, of fon de hooizolder öf op een ouwe
eid (=oude eg).
Tk zei je een skop onder je reet geve, dot je
in de lucht ferhongert'.
Toen Gerrit Dijker 's middags thuiskwam en
zijn vrouw de soep op tafel zette zei hij: 'Dot
ken je wel weer oprume, ik freet gien zuipe'.
'Hi, ha, op Klif deer bröndt 't'
Gezegde als de een klakkeloos achter de an
der aanloopt.
'//c hou fon sweer dek', zei Kees van Corrie,
en hij kroop onder een schelfzeil.
■Als Kouwe Jan weer eens hoofdpijn had, zei
hij alleen maar: 'Dot hóófd, dot hóófd'.
Koffie genog, seid Aris Kab doe de pons op
tafel kwam', dit is een sèèggie dat gebruikt
wordt wanneer een situatie begint te verbete
ren. (de pons de fles)
Hee weunt tusse Have en Skil.
Dit is het stuk tussen de haven en Slaman.
Vroeger was dit gedeelte onbewoond omdat
de SkiIsloot daar nog liep. Rond 1910 kwam
er bewoning.
'Net, seit Sieme'.
Wordt gebruikt als men zeggen wil: 'Zo is het
maar net'. Afkomstig van de Koog.
■Albert Eelman (Ab Hoed) vond regelmatig
dat het niet de goede kant opging met de we
reld. In gesprekken daarover verzuchtte hij
steeds: 'Weer bluuft de mereel' (moraal).
Een cynisch grapje. Iemand vroeg eens hoe
het een zieke ging. De buurman van de pa
tiënt die 't werd gevraagd zei: 'Nou, langzaam
vooruut'. De letterlijke betekenis was dat de
persoon pas was overleden en de begrafenis
stoet langzaam door het dorp reed.
Stiekels maai is stiekels saaie
Stiekels steke is stiekels kweke
Maar stiekels trekke
is stiekels nekke
(Wijsheid in bestrijding van distels)
'0//on maar teugelópe, sei de Kouwe jan'
Gezegde bij voortdurende tegenslag.
■Wanneer alle rommel is opgeruimd verzucht
men: 'Dot ruumt, dot ruumt, seit Klaas Pruuk'.
■/n Oosterend is zomaar wat aanrommelen:
'In de piespot wosse en foor 't hennegat
dróge'
Filosofie van Wim Ellen uit Oosterend: 'Je
ben die je bent en die bejje'.
23