Een boerderij met de naam 'Waterplaats' deed ons tot voor kort nog aan die natte tijden
herinneren. Daar het boerenerf thans rondom bebouwd is met bungalows en de naam
'Waterplaats' bij de verhuur hiervan misschien andere associaties kan oproepen, is de
naam gewijzigd in Waalerburght en is de historische naam helaas verdwenen. Reeds in
het begin van de 17e eeuw vestigde zich in WaalenBurg een boer uit De Westen, zich
Cornelis Maertensz Westerboer noemende. Hij was een flinke man die schepen en
heemraad van WaalenBurg werd, vandaar de naam 'Westerboersweg'!
In de zomer groeiden er op plaatsen die lang blank hadden gestaan, speciale kruiden.
Het water was brak en de kruiden, vooral het bij de Texelse boeren bekende harentgras,
bleken een medicijn te zijn voor de schapen. Schapen die nabij de duinen hadden
gegraasd en daar zoet water gedronken hadden, kregen een slakje naar binnen, die een
ziekte veroorzaakte, door de Texelse boer 'ongans' genoemd (leverbotziekte). Het eten
van deze kruiden of het hooi ervan zou de ziekte verdrijven. Daarom had elke schapen-
boer graag wat percelen in WaalenBurg. Na de bemaling zijn de meeste kruiden door
betere drooglegging verdwenen.
De mogelijkheid om de Ruigedijk aan te leggen, werd, zoals vermeld, mogelijk door de
verzanding van de geul boven De Koog. Dit schiep mede de gelegenheid om in 1629
een zanddijk aan te leggen tussen Texel en het eilandje Eierland. Hierna ontstonden aan
de waddenkant uitgestrekte gorzen (kwelders), welke in 1835 tot de inpoldering van
Eierland noodden (3265 ha). In 1876 volgde polder Het Noorden (872 ha), waardoor de
Ruigedijk een binnendijk werd. Bij de bedijking van Eierland werd afgesproken dat
WaalenBurg via een duiker onder de Ruigedijk mocht afwateren op Eierland. Dit was
uiteraard onvoldoende. Na de bedijking van Het Noorden, kreeg WaalenBurg de gele
genheid ook te lozen via een afwateringskanaal, door de Noordersluis op de Wad
denzee. Ook dit was onvoldoende. WaalenBurg kreeg immers ook al het water van de
omringende polders! Een goede bemaling was dus noodzakelijk, maar kon niet alleen
door de polder WaalenBurg worden betaald. Gedeputeerde Staten oordeelden het dan
ook billijk dat de omringende polders in de bemalingskosten zouden bijdragen, daar
door een goede bemaling ook hun waterpeil kon verbeteren. In 1926 werd in het Regle
ment van Eierland opgenomen, dat deze polder een afkoopsom voor het recht van afwa-
Afb. 14 De Grietjesdijk
Afb. 15 WaalenBurg in de winter
18