KERKERAAD
met twee buurforten. Naar hun bouw en functie
Lunette of wal-gang (ruim 700 m. ten oosten en
aan Oudeschild grenzend) en de Redoute of
wijkschans (ca. 400 m. ten westen) geheten.
Deze fortjes bestonden uit enkelvoudige aarden
wallen en dienden ter dekking van De Schans bij
eventuele aanvallen. Aanvankelijk was zelfs nog
een derde vesting gepland, enkele tientallen
meters ten noorden van de Schans. Dit plan
heeft men echter laten varen, evenals het idee
om op de Hoge Berg nog een militair punt te
ontwikkelen.
De Redoute was een kleine schans met een toe
gangspoort. Een dergelijke poort was ook op De
Schans aanwezig. Bij het aanleggen van de nieu
we dijk van de Prins Hendrikpolder werd de
Redoute nog als serieus verdedigingspunt gezien.
Men hield nl. rekening met het schootsveld
vanuit het fort en legde in 1848 voor dit doel
een bocht in de dijk.
Een lunette is een eenvoudig, aan de achterkant
(keel genoemd) open vestingwerk, bestaande uit
twee facen die naar binnen gebroken zijn. Hier
door ontstaan twee flanken. Het vreemde is nu,
dat de Texelse Lunette naar de vorm geen lunet
te is, maar een onregelmatige zeshoekige schans!
Wijzigingen in de tekeningen (1811) tonen een
verloop van een eenvoudige lunette tot een soort
schans. Dit heeft waarschijnlijk te maken met
het feit dat men geen risico wilde lopen aan de
landzijde. De Lunette had één toegang, nl. een
eenvoudige houten brug. In 1812 kreeg de Re
doute aan de dijkzijde eenzelfde poterne als De
Schans.
In het verslag van de kerkeraad te Oudeschild
lezen we dat op 28 maart 1812 een missieve is
ontvangen van "de Kommendant ad interem der
fortificatie op Texel den Edl.Gestrengen Heer
P.J. Ackermans." Hierin wordt vriendelijk doch
dringend verzocht de kerk af te staan als tijdelijk
verblijf voor een bataljon "Spaansche krijgsge
vangenen, welke alhier aan de vestingwerken
zou moeten arbeiden".
Na een afwijzende brief van de kant van de
kerkeraad wordt op 8 april de kerk gevorderd,
tegen een jaarlijkse "schaevergoeding" van
1200,-. Men besloot in de school te kerken
totdat de Spanjaarden vertrokken zouden zijn.
Het bezoek van de grote keizer was uiteraard het
onderwerp van gesprek in die dagen.
Het volgende, tot op de dag van vandaag beken
de rijmpje stamt uit die tijd:
Na, sèègge de Jode,
Po, sèègge de Smouze,
Liejon is een gróte stad
Ra, ra, wat is dat?
12