TEXEL BEZET NA DE INVAL
DER ENGELSEN EN RUSSEN IN
NOORDHOLLAND
de Franse officieren een stoop* schuimend bier
met de nieuw aangestelde plaatselijke regeerders.
De reeds aanwezige 72 huursoldaten van de
stadhouder kregen nu eindelijk soldij uitbetaald
door de nieuwe vroedschap en zonder problemen
veranderde men van "baas". Toen de Franse
generaal Dewinter met 160 man op Texel arri
veerde werd een deel daarvan doodgemoedereerd
naast de huurlingen in De Schans ondergebracht.
*stoop=2,43 1.
In 1795 begon het Eerste jaar der Bataafse vrij
heid. Nadat de Fransen in 1795 als bevrijders
ons land binnengehaald werden, ijverden dezen
ervoor de zwakke plekken in de kust te verdedi
gen. Onder leiding van de grote keizer zelf,
ontstond het plan om nabij Den Helder een
tweede Gibraltar te maken met daarin een be
hoorlijke invalshaven voor Amsterdam, dat ge
plaagd werd door de ondiepten van Pampus.
Vandaar ook de interesse voor de Schans op
Texel. Hier was de reeds eerder genoemde heer
L. den Berger opzichter van Landswerken en
Kommies van De Schans. Deze bezat sinds 1776
huis en hoeve Brakenstein. Hij ontving in dat
jaar een brief van het Comité van Militaire
Zaken: "Wij zijn geïnformeerd dat uwe directie
zich ook bepaalt tot de Schans op 't Eyland
Texel en die op Den Helder, voor zover U
verantwoordelijk bent voor ammunitie is behoor
lijk toezigt gewenscht".
In 1798 bevonden zich nog 300 militairen op het
eiland waarvan er 256 in de Schans gekazer
neerd waren.
Een jaar later vielen Engelsen en Russen (tesa-
men ca. 47.000 man) aan op de Hollandse kust.
Hier was al enige tijd van dreiging aan vooraf
gegaan. Dan weer verschenen de Engelsen in het
zuiden van ons land (toen de Bataafse republiek
genoemd), dan weer bij de zeegaten bij Texel,
Vlieland en zelfs bij Schiermonnikoog. Zij land
den op verschillende plaatsen o.a. bij Callants-
oog. De Franse legeraanvoerder liet zijn troepen
terugtrekken omdat hij onvoldoende manschap
pen had om de hele kust te verdedigen. De
aanwezige forten met geringe bezetting konden
de aanvallers niet keren.
Kapitein J. Cornelisse voerde op dat moment het
commando over 50-60 soldaten op De Schans.
Hij verzekerde nog op 27 augustus het gemeen
tebestuur dat hij zou blijven tot de Engelsen voet
aan wal zouden zetten. Ter verduidelijking: de
soldaten in De Schans waren op dat moment
Bataafse militairen van het 3e bataljon der ze
vende halve Brigade. Er was nl. sprake van een
leger met twee onderdelen: Een Frans en een
Hollands deel, deze laatsten werden sinds 1795
Bataven genoemd.
Toen de Engels-Russische overmacht het Mars
diep introk waren de soldaten op de Bataafse
vloot niet van plan zich te laten afslachten en
weigerden ieder dienstbevel. Hierop gaf de
vlootleider, schout bij nacht, Story zich over aan
de Engelse admiraal Mitchell. Zo viel de gehele
Bataafse vloot in hun handen. Ook de forten
rond Den Helder waaronder de Schans bleken
niet op een dergelijke aanval berekend te zijn.
Daarom begon Cornelisse zich voor te bereiden
op zijn vertrek terwijl een groot aantal Oranjege-
zinden in Den Burg alles al met oranjekleuren
ging versieren. Dit nog verbiedend verliet hij op
28 augustus 1799 het eiland. De volgende dag
nam het Engelse leger met 100 man bezit van
De Schans en een moeilijke tijd brak aan voor
de Texelaars.
Alle paarden werden gevorderd, zodat de feest
vreugde ook bij de meest Oranjegezinde al gauw
temperde. Vooral toen bekend werd dat ook hooi
en stro ter beschikking van het Engelse leger
9