12
EEN BUITENBEENTJE
Pieter Pietersz Keijser werd in 1862 op de boerde
rij Elba geboren, evenals diens vader, die daar
overleed in 1866. Zijn moeder hertrouwde en
woonde op de Stenenplaats. Na zijn trouwen in
1885 werd hij boer op Elba, gedurende bijna tien
jaar. Deze familie werd met 'de Braams' aange
duid. In 1895 stichtte hij 'een slachterij' met sla
gerswinkel op Warmoesstraat 15, waarvoor hij een
keurige vergunning had op grond van de wet van
1875, waarin bepaald was dat het slachten onzicht
baar moest zijn vanaf de openbare weg, het bloed
in dichte tonnen moest worden bewaard buiten de
slachtplaats, die na elke slachting moest worden
uitgeschrobd.
In het bevolkingsregister werd zijn beroep als
veehouder niet gewijzigd. Bij zijn advertenties nam
hij herhaaldelijk op van welke boer hij de (vaak
vette) koeien had gekocht, zoals op 19-12-1896:
Kerstfeest
De ondergetekende maakt zijnen geachten begunsti
gers bekend, dat hij voor bovengenoemd feest,
MAANDAG a.s. een buitengewoon zwaren
Vetten Os
zal slachten van den Heer C.R. KEYSER. Maandag
morgen zal bedoelde Os aan Den Burg worden
rondgeleid en 's avonds in de slachtplaats ter bezich
tiging hangen.
Aanbevelend, Uw dw. dn.
P.P. Keyser,
Vleeschhouwer.
In diezelfde dagen verscheen in de krant een
artikel over de varkensslachterij in Amerika, dat
'zoowel het paradijs als de moordkuil der varkens'
werd genoemd.
In de Unie waren bijna evenveel varkens als men
sen: 40 miljoen. Daar werden de varkens gevoed
met mais, de graansoort die toen overvloedig werd
verbouwd. Een derde van het aantal slachterijen
was in Cincinati, terwijl in Chicago 50 tot 80.000
varkens per dag binnenkwamen.
Als dan door Pieter Keijser -als enige in het jaar
1897- emigratieplannen gemaakt worden, lijkt het
of hij door die bedrijvigheid wordt aangetrokken.
Na ruim twee jaar verkocht hij in augustus 1897
zijn zaak, waarbij het pand verhuurd werd tot 1902
(Welvaart?).
De ondergeteekende
bericht zijn geachten
begunstigers, dat hij
zijn zaak. heeft overgedaan aan A. RAN,
bedankt hert voor de gunst en het
vertrouwen gedurende ruim 2 jaar
genotpu. eir bëveelt zijn opvolger beleefd
bij allèn* aan
501 P. P; KEIJSER.
Oridet Vetwijzing naar
bovenstaande advertentie
beveelt de ondergetee
kende zich beleefd-in ieders gunst aan,
belovettdë1door' èene rtetté eh solide
bediening te bullen''tta'chten zich ieders
vertrdüweh \V&ardig tè' maken.
Aanbevelend,
UEdw.
A. R A N.
WarmoeéèUüdt 35T.' Vleeschhouwer.
502
Maar hij deed in augustus meer dan zijn zaak
verkopen, die hij dan op zondag na drie uur dicht
deed. Op zondag 15 augustus 1897 organiseerde P.
Moojen van het Badpaviljoen een 'hardrennerij
met paarden onder de man' op het strand te de
Koog. Inleggeld 1,-. Prijs 15,- en premie 10,-.
Hierop kwamen vijf deelnemers. De prijs werd
gewonnen door H. Keesom en de premie door
Pieter Keijser, die het totale bedrag onder de vijf
deelnemers verdeelden.
Op 6 september stapte hij met vrouw en vier
kinderen op de stoomboot, de SS Edam. Hun
eindbestemming werd Grand Rapids. In februari
laat hij makelaar Moojen het pand verkopen (zie
advertentie op blz. 13). De gedachte kwam op dat
er nu geldgebrek was. In 1910 kwam het bericht
dat hun oudste zoon op 21-jarige leeftijd was
overleden, terwijl Pieter nog studeerde voor vee
arts en in 1911 met gunstig gevolg examen deed.
Diezelfde zomer kwam hij terug op Texel en
bezocht zijn moeder en vertrok weer met de SS
Nieuw Amsterdam. Dr. Keijser woonde in Pater-
son, daarna in Belding Michigan, waar in 1913 zijn
dochter Antje werd geboren. In 1916 woont hij
weer te Grand Rapids en laat drie bunder land in
de Hemmer verkopen, die zijn dan overleden
moeder hem had nagelaten. Nadat hij zijn vrouw
had verloren, hertrouwde hij en overleed in 1936.
Dertig jaar later (ongeveer 1967) kreeg de familie
Ran bezoek van een man met een Amerikaanse
pet. Petten met zo'n grote klep waren hier nog
niet 'in'. Hij sprak voortreffelijk Nederlands en