DE STAATSBOSSEN
Het volgend jaar verschijnt de nieuwe 'Avifauna van Texel' door Adriaan Dijksen, met
medewerking van Fritsjan Maas en Cor Smit. Onderstaand artikel is een deel van de
concepttekst over het bos uit een van de inleidende hoofdstukken.
DE EERSTE DUINBEBOSSING
De eerste duinbebossing vond
niet, zoals meestal aangenomen
wordt, plaats tegen het einde van
de vorige eeuw op de Wester-
mient. Op de Mient langs de hui
dige Californiëweg bevindt zich
namelijk een ca. 8 ha groot ei-
ken(hakhout)bosje van onbe
kende ouderdom. Het wordt al
beschreven in 1789 door Pieter
van Cuyck (1). Helaas is op het
oostelijk deel van dit in particu
lier bezit zijnde bosje een aantal
zomerhuisjes gebouwd en is er
een nieuw appartementencom
plex opgericht. De rest van het
bos is nu planologisch beschermd
tegen verdere bebouwing, maar
dreigt steeds meer ten offer te
vallen aan de recreatie.
BOOMKWEKERIJ
In 1849 werd ook een poging tot
bosaanleg ondernomen in de dui
nen zuidelijk van Polder Eijer-
land (de vloedhaak oostelijk van
De Koog). Men zaaide er op
twee plaatsen eiken en dennen.
Het zaad kwam goed op, maar
de eigenaar van de grond had
zijn gebied ook verhuurd aan een
schapenboer. Door de begrazing
sneuvelden veel zaailingen. Een
aantal overgebleven boompjes
werd naar elders overgebracht
(2). Volgens Van der Vlis (3)
werd hier al in 1836 of kort daar
na een boomkwekerij begonnen
op 30 ha zandgrond. Dit gebeur
de in opdracht van de ontginner
van Polder Eijerland; de boom
pjes moesten langs de polderwe
gen geplant worden. Er werden
niet alleen dennen en eiken aan
geplant, maar ook brem. Slechts
een deel groeide op omdat er,
nog steeds volgens Van der Vlis,
veel last werd ondervonden van
de wind en stuivend zand. Brem
struiken zijn nu nog steeds langs
de Ruigendijk te vinden. In het
kooibos van de Korverskooi vin
den we een aantal eiken uit deze
tijd en bij Pomona langs de
Nieuwlanderweg is nog een den
nenbosje uit dezelfde periode.