BIKKELEN een OUD SPEL Bikkel, i) bikkel, metalen of benen voorwerp, dat dient als meisjes speelgoed. De vier zijden van een bikkel heten essie, staandertje, ruchie en puttertje. Daarnaast hoort men ook wel de namen lèèggerlje, stönder- tje, ruchie en kültje2) lid, gewricht. S'11 örreiu is ül de bikkel, zijn arm is uit het lid. (Uit: "9-Cet Tesse.Cs S'Kf.ijser) Hier het "bikkel-verhaal", verteld door mijn grootmoeder Janie van Heerwaarden- du Porto, oud 97 jaar: Het spel wordt gespeeld met 4 bikkels. De bikkels worden tussen de vingers en duim en wijsvinger gestoken tot aan de palm van de hand. Er zijn vier kanten aan de bikkel, ge naamd: "ruggie" (gladde kant), tegenovergestelde kant is "gaatje" (ook wel putje). De andere zijden heten "essie" (deze kant lijkt op een S) en de tegenovergestelde zijde daarvan is het "staantje". De bikkels worden zodanig tussen de vingers geschoven dat "essie" en "staantje" aan de onder- of bovenzijde van de hand zichtbaar zijn, dus de gladde kanten tussen de vingers en de duim. Met dezelfde hand waarin de bikkels tussen de vingers zijn geschoven wordt een bal omhoog gegooid. De bikkels moeten dan vlug worden losgelaten want met dezelfde hand moet de bal worden opgevangen voordat deze op de grond komt. Het mee spelende meisje moet vooruit raden welke zijden van de bikkels boven komen te liggen. Als de bal niet wordt gevangen voordat die op de grond komt is het spel uit en mag de meespelende de bikkels en bal gooien. Ook wanneer de stand van de bikkels wordt ge raden mag de meespelende, bikkels en bal gooien. Uit Winkler Prins het volgende: Het spel wordt met een hand gespeeld. De regels kunnen van plaats tot plaats verschillen. Het is een zeer oud spel en heeft zich gehandhaafd zolang huisslacht gebruikelijk was, omstreeks 1930 was het vrijwel overal in Nederland uitgestorven. In de oudheid was het een zeer geliefd spel in Griekenland en Italië, zoals uit grafvondsten blijkt. Het spel schijnt in heel Europa en Azië bekend te zijn geweest. In België spreekt men ook van "prikkelbeen" voor de meisjes en "kootbeen"voor de jongens. Op de bijgaande foto's is te zien hoe de bikkels in de hand moeten worden geschoven en hoe de zijden van de bikkels eruit zien. De bikkels zijn afkomstig uit de gewrichten van schapen. Paul van Heerwaarden 19

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1993 | | pagina 21