laars in De Geul. Kijk frettéren hoeven ze niet te verbieden. Wat ze wel moeten doen, is geen jacht- actes meer afgeven aan Jan-en-alleman. Als zo'n fret goed doorvoed en goed is afgericht, valt er prima mee te werkenIk had altijd goeie fretten van Pijt Drijver uit Den Hoorn. Die richtte ik af op één ding: voordat ze voer kregen, klopte ik bv. met een stok ergens op. Dus als zo'n fret in een hol zat en je klopte, dan kwam ie er heus wel uit, want "kloppen is eten", dat wisten ze gauw. een enkele keer lukte hetniet: ik heb ook wel eens 3 kwartier voor een hol staan wachten tot ie eruit kwam. Dat geduld moet je opbrengen als goed jager. En daar ontbreekt het tegenwoordig wel eens aan. Tijdens ons gespek. komt de (jrave z 'n zuster Orfa de Porto-de (jrave, binnen. Orfa: Fran^ois, weetje nog van "de kar."Weet je nog dat we met z'n allen in de kar naar de vroegmis gingen Vader góóide ons erin en daar gingen we met een noodgang, hangend in de bocht Wij vonden het niet leukmaar vader vond het prachtig! Fig. jS. Gelderse kapkar; eind I9e eeuw. (Nationaal RijtuigmuseumLeek.) "De Kar" was een Gelderse- of Brabantse kapkar, die ook in Zeeland veel werd gebruikt. Het is een 2- wielige zgn. verdekwagen. Er zijn 2 bankjes en men stapt vooraan in. In Zeeland waren er ook met witte- of gestreepte kap: "Zeeuwse kapkar" of "Zeeuwse tilbury" ge noemd. (Uit: "Rijtuigen" H.B. Vis., uiig. v. Dis hoek, 1961.) FranQois: Ja, ja, met Madam ervoor, dat loeder. Wat een lastig paard was dat. Als ie geen zin had, verzette hij geen poot. Alleen voor de kar liep hij als een haas. OrfaEn na de vroegmis mochten we een cent verkopen bij Ma (Kortenhoeven). Elke Zondag feest. Waar de kar toch gebleven is, vraag ik me vaak af. Hij zal wel verkocht zijn 1Vat was dat voor een kar We noemden het altijd "de kar", maar het was ei genlijk een soort koets, een Zeeuwse koets op twee wielen. Achterin waren net als in een tentwagen twee banken tegenover elkaar en er waren raampjes aan de zijkanten. Je moest vooraan instappen, over het opgeklapte voorbankje heen. Niemand had bij mijn weten zo'n kar. fMevrouw de (PortoHfzou met 11 zó een nieuw gesprek.ku.nnen beginnen met weer andere verha ken over het keven op Ofokkand. dvkaar Hfmoet er nu toch een punt achter zetten. Wat ilf nog wek wik weten: "(Hoe is het verder gegaan met hoeve (Hokkand Wel, onze ouders hebben er tot hun dood gewoond. Rumon en Anton hebben er een poos samen ge boerd, tot Rumon naar Winterswijk is vertrokken. Anton boerde er toen alleen tot hij om gezondheids redenen moest verkopen. Het land werd verkocht en de boerderij is gekocht door een Duitser, die er een appartementenboerderij van maakte. En Uw bedrijf in de (Dennen Dat is een goed bedrijf geworden. Tulpen, narcis sen en lelies. Mijn zoon Kees heeft het zo'n jaar of 10-11 geleden overgenomen. Hij woont hiernaast en ik blijf er zo nog bij betrokken. Ik wil zo lang het kan hier blijven wonen. IkjtanffU fiedïiarLe(ijk.voortlwz>erfiaaIen ikwens U nog gezonde jaren toe N.B Naast het werk op zijn bedrijf, maakte de Grave zich nuttig op velerlei terrei nen. Hij bekleedde functies in de Ge meenteraad, de Commissie voor de Ruilverkaveling, de Bloembollenkeu- ringdienst, de Texelse Jagersvereniging, de Raad van Toezicht v.d. RABO en de R.K. Gezinszorg. Hij heeft de Texelse gemeenschap veel dien sten bewezen door zijn inspanningen op maatschappelijk gebied. Hij kan genieten van een welverdiende rust G.E. Dros

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1990 | | pagina 22