DOKUMENT STADSRECHTEN VAN TEXEL Stadsrechten in 1414 of 1415? 10 maart 1990 (N.T.) Noten 1. Willem VI (1365-1417) was Graaf van Holland en Zeeland (1404-1417) en als Willem IV, Graaf van Hene gouwen (1389-1417) en Hertog van Beieren, n.b. Willem VI werd opge volgd door zijn dochter Jacoba van Beieren. 2. palensgrave palts (paleis) graaf. 3. want dat. 4. 'crancken ende snode regimente gedaen heeft' onder een gebrek kig en slecht bestuur gestaan heeft. 5. ,dat ons in geenre wijs langer en staet te lijden'= zodat wij het onder geen beding voort willen laten duren. 6. ,alsoe wij altoes'= zoals wij (Wil lem) altijd. 7. ,tot vordernisse van redelicken saken' het bevorderen van de goede zaak. 8. daer waar. 9. ,om oetmoedichs vervolchs wille' na een nederig doch aanhoudend verzoek. 10. .gemeyne goede luyden ende on- dersaten' tot de (Texelse) gemeen schap behorende lieden (mensen) en onderdanen van Willem VI. 11. .poortrecht ende vrijheede' oorspronkelijk (v.d. Vlis, blz 77) dat er rond een dorp muren en poorten gebouwd mochten worden. Dit was zo'n kostbaar karwei dat alleen gro te en welvarende dorpen daarvoor het geld konden opbrengen. Den Burg heeft nooit stadsmuren ge kend, evenmin poorten. De andere dorpen zouden daartegen zeker be zwaar hebben gemaakt. Bovendien geeft het stadsrecht ,het lant van Texsel' recht op een eigen rechtspraak en bestuur, .vrijheede' voorrechten, privileges bijv. het recht op het verkiezen van schepe nen door de schout 12. Alkmaar kreeg in 1254 stads rechten. 13. .alinger stede van Texsel' ge heel Texel. 14. .kercksoekingen' (W-Fr.) kerspels kerkelijke gemeenten. 15. .goettijts' ruim. 16. .vroesten ende redelicksten kna pen' vroedschap; zijnde een ver tegenwoordiging van de meest gegoede, derhalve economisch be langrijkste poorters. Een vastomlijn de, zelfstandige functie had de vroedschap oorspronkelijk niet; zij fungeerde als college van advies en bijstand in belangrijke aangelegen heden het bestuur der stad betref fend. Had men eenmaal zitting in de vroedschap, dan zat men ook voor het leven; de poorterij had geen enkele invloed op de samen stelling van de vroedschap, aange zien de leden zichzelf aanvulden door coöptatie (wijze van verkiezing waarbij een college zichzelf aanvult) of zoals in een aantal Hollandse ste den het geval was, zo ook op Texel, uit een daartoe opgemaakte voor dracht werden aangevuld door de landsheer of diens vertegenwoordi ger. (Monte Verloren, blz. 169). 17. .gecoren' gekozen. 18. .koeren' keuren een wetge vende maatregel. Een keur is een gekozen recht. De landsheer geeft de stad het recht eigen keuren (ver ordeningen) te maken. 19. .hoiren dincstal' haar rechtspraak. Dingtalen zijn vormelij ke stereotype spreekwijzen, die voor middeleeuwse gerechten verplicht waren. (S. Gratama, Oud Neder- landsche dingtalen). De rechterlijke macht, bestaande uit de schout en schepenen vormden met elkaar de dingbank (later het gerecht ge noemd), die driemaal per week in Den Burg bijeenkwam om recht te spreken, (v.d. Vlis, blz. 77). 20. .rechtevoert' onmiddellijk. 21. .raetsluyden' raadsmannen (later burgemeesters) regelden de fi nanciële aangelegenheden van een stad. Op de dag van hun verkiezing moesten de schepenen uit ieder der vier dorpen t.w. De Westen, Den Burg, Oosterend en De Waal een raadsman aanwijzen, (v.d. Vlis, blz 77). 22. .ontfaen en uuyt te geven' ontvangen en te behartigen. 23. .rekeninge ende bewijsinge daer af te doen' rekening en verant woording daarvan af te leggen. 24. .verbueren' een boete ver dienen. 25. .namaels' later. 26. .bewinden' onrechtmatig toe eigenen. 27. ,sal hem staven' het formulier van de eed die men hem (de schout) zal afleggen. 28. Willem Simonz., baljuw van Texel vanaf 1408 was weinig geliefd door het verkopen van erebaantjes aan de hoogstbiedende. Vandaar dat in het handvest nadrukkelijk werd vastgelegd dat Willem Sijmonsz. niet tot schout zou worden benoemd, (v.d. Vlis blz. 77). 29. .setten' aanstellen, benoemen. 30. .stade' staan. 31. .iegelicken' ieder. 32. ,lope van onsen hove' de ka lender van ons hof (van Holland). Volgens de Paasstijl d.w.z. dat het jaarcijfer wisselt met de feestdag van Pasen en bepaaldelijk op Paas zaterdag of Goede Vrijdag (Strubbe en Voet). 26 maart 1414 in de tekst wordt dus herleid tot 26 maart 1415 volgens onze hedendaagse kalender. 33. .accorderende' over eenstemmend. 34. .originale collatie' de voorle zing of vergelijking van de oor spronkelijke akte. (Transcriptie van Anja Bakker en Jan Alons te Assen). Literatuur: 1. J. A. v.d. Vlis, 't Lant van Texsel, 1975. 2. J. P. H. De Monté Verloren en J. E. Spruit, Hoofdlijnen uit de ont wikkeling der rechterlijke organisa tie in de Noordelijke Nederlanden tot de Bataafse omwenteling, 1972. 3. J. Verdam, Middel/Nederlands handwoordenboek, 1976. 4. E. L. Strubbe en L. Voet, De chronologie van de middeleeuwen en de moderne tijden in de Neder landen, 1960. Voor ons is het een gewoonte ge worden op 1 januari (Nieuwjaars dag) het jaarcijfer met één te vermeerderen. Dit is de Nieuw jaarsstijl, ook jaardagstijl genoemd. Deze jaarstijl was al in gebruik bij de Romeinen en bleef dat tot de 8e eeuw. Binnen de Christelijke jaartel ling werden de volgende jaarstijlen gebruikt: bij de kerststijl begon het jaar op 25 december, feest van de geboorte van Christus; bij de annun ciatiestijl op 25 maart, feest van Maria-Boodschap; 1 september is het begin van het jaar volgens de Byzantijnse stijl en 1 maart volgens de maart- of Venetiaanse stijl. De meest gebruikte stijl in de Mid deleeuwen was de paasstijl. Pasen, oorspronkelijk een joods feest, werd gevierd op de 14e Nisan (joodse maand) de dag van de volle lente maan. De Christenen hebben dit feest overgenomen. Oorspronkelijk werd het steeds gevierd op 25 maart. Wellicht door het concilie van Nicaea (325) ging de paasdatum „zweven": het feest zou gevierd worden op de eerste zondag na de eerste volle lentemaan. Deze valt op zijn vroegst op 22 maart, op zijn laatst op 25 april. In bepaalde stre ken veranderde het jaar niet op paaszondag, maar op paaszaterdag of Goede Vrijdag. Door de verschui vende paasdatum had de paasstijl grote nadelen. Het jaar begon nooit op dezelfde dag en bovendien kon den bepaalde dagen tweemaal voor komen of geheel ontbreken in een paasjaar. De sterrenkundigen en Middeleeuwse wetenschapslieden bleven trouw aan de nieuwjaarsstijl. Toen men in de 16e eeuw almanak ken begon te drukken, werd hierin de nieuwjaarsstijl gebruikt. Toch duurde het nog tot 1772 eer deze al gemeen verspreid was. M.B. Bron: Spectrum encyclopedie. 7

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1990 | | pagina 9