De deportatie van ongeveer 700 Texelaars naar Assen in november 1944 GEMEENTE TEXEL BEKENDMAKING. -:f>: Alle mannelijke personen, op het ei land aanwezig in den ouderdom van en met 17 jaar tot het voleindigde 35e le vensjaar moeten zich, voorzien van mondvoorraad voor eenige dagen en van winterkleeding, uiterlijk Zaterdag 11 No- vember, 15 uur, te Den Burg, aan de voormalige Zeevaartschool, Schilderein de, aanmelden. t Voor ieder niet verschenen mannelij- ken inwoner worden de familieleden vastgenomen. Texel, 10 November 1944. -r DE INSELXOMMANDANT. Zij, die vóór 10 Nov. 1909 zijn géborén en zij, die na 9 Nov. 1927 geboren zijn, zijn dus vrij. Texelse Courant 11 november 1944 - Het is 9 november en we staan aan het begin van de 5e oorlogswinter als het gerucht 's morgens de ronde doet dat alle mannelijke personen van 17-35 jaar van het eiland weg moeten. In het begin geloof je het niet, maar later blijkt het toch waar te zijn. Tegen 12 uur worden alle wegen rond Den Burg afgezet en begint de drijfjacht door Duitse pa trouilles. In het begin gebeurt dit nog niet al te fanatiek. Ze komen niet verder dan de voordeur en ma ken bekend dat men zich vóór 2 uur in de U.L.O. op het Schilderend moet melden. Hieraan wordt nau welijks gehoor gegeven. Intussen zijn overal op Texel de razzias be gonnen. Vooral buiten de dorpen waar men niet zo goed op de hoogte is wat er te gebeuren staat vallen de meeste slachtoffers. Het dilemma is natuurlijk als je je niet meldt waar moet je dan heen. Thuis blijven kan niet want de Duitsers hebben een complete lijst met alle namen en adressen van de personen die voor deportatie in aanmerking komen. En allemaal onderduiken is ook onmo gelijk, er zijn trouwens al zo veel onderduikers op Texel. Thuis bespreken we de toestand en beslui ten om ons in geen geval te melden, ze komen ons maar halen. We pak ken uit voorzorg wel een aantal za ken bij elkaar voor het geval dat. Later komt een buurman zeggen dat hij wel een schuilplaats voor ons weet waar we voorlopig heen kun nen, en als het donker is vertrekken we. Helaas moetenwe 's nachts vluchten en wordt ik al dicht bij huis gearresteerd. Een verzoek om nog wat kleren van huis te mogen halen wordt afgewezen en zo sta ik even later in de U.L.O. met een trui aan en op gympies. Niet bepaald een uitrusting om op reis te gaan. Politieman Looyen gaat mijn vader waarschuwen en die komt later met een pak spullen. Hierna voel ik me alweer een stuk lekkerder. We zijn met ongeveer 200 man als we 's morgens half acht lopend naar Ou- deschild vertrekken. Het is behoor lijk koud en het regent. De bewaking bestaat uit 7 Duitsers en zes Russen. Veel familieleden en be kenden doen ons uitgeleide. Op de haven wordt voor verschillenden ge probeerd om vrijstelling te krijgen, wegens onmisbaarheid. Bazen zijn druk in de weer om te proberen hun personeel vrij te krijgen. Maar onmisbaar of niet, allen moeten weg. We hebben nog steeds geen idee waar we heen gaan, dus aan geruchten en gissingen geen gebrek. Bij ons zijn ook jongens uit Eierland die al drie dagen vastzitten. Ze wa ren gevorderd om voor de Duitsers in de Slufter te werken en moesten eten voor drie dagen meenemen. Nu zijn ze hier zonder bagage. Als we een uur in de regen gestaan heb ben begint de inschrijving. Een paar NSB-ers belasten zich hiermee. P. F. schrijft voor mij als beroep monteur op, hij zegt; „Misschien kom je daar wel op vrij". Ik zeg tegen hem; „Is burgemeester niet beter". Hij wordt zo kwaad dat hij het beroep prompt doorhaalt. Geen gevoel voor humor zeker. Na de inschrijving kunnen we eindelijk aan boord. Daar is het heerlijk warm en we krijgen gratis koffie, wat erg prettig is, want we zijn intussen goed verkleumd. We gaan naar Den Helder en als we daar aankomen wordt weer appèl gehouden. Er blijken 12 jongens zoek te zijn. De Duitsers razend. De hele boot wordt doorzocht en de meesten komen weer voor de dag. Eén jongen was op Texel al over boord gesprongen en had zich tus sen de steigerpalen verborgen. Hij wist later ongemerkt van de haven te komen en was weer thuis. Nu wordt ook bekend gemaakt wat ze met ons van plan zijn, wat ook tijd wordt, want er is niets erger dan deze onzekerheid. Welnu, we gaan naar Leeuwarden en worden daar geïnterneerd en hoeven daar niet te werken. Nou ja, het zal de laatste Duitse leugen wel niet zijn. Na een half uur in de kou te hebben gestaan mogen we in het leegstaan de café „Den Burg" gaan zitten. De eigenaar woont hier niet meer want hij moest evacueren. Er is wel geen verwarming, maar het is droog. Dan begint een tijd van eindeloos wach ten en we beginnen knap dorst te krijgen. Onder bewaking mogen we in groepjes in een café verderop wat gaan drinken. Met een latere boot komen nog 35 arrestanten en tegen half zes vertrekken we naar vlieg veld de Kooy om te overnachten. We komen daar om 7 uur aan en worden ondergebracht in een paar gebouwen met alle ramen er uit, ka le vloeren en geen licht. Het is er 8

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1990 | | pagina 10