Advertenties 1903 waarschijnlijk in het in dat jaar ge kochte graf in de Nederlands Her vormde Kerk in Den Burg, nummer 108, begraven. Op 20 januari 1792 hertrouwde hij buiten gemeenschap van goederen met Martje Jans Smit, 39 jaar, reeds tweemaal weduwe doch zij had en kreeg geen kinde ren. Langzamerhand was Jan Tram melant ook groot-grondbezitter geworden want tussen 1773 en 1802 kocht hij ruim 108 hectare land met minstens twee boerderijen. Hieraan dankte hij ook zijn functie van Hoofdingeland van de 28 gecombi neerde polders. Ibt 1812 bleef hij in het polderbestuur en nam toen op 37-jarige leeftijd afscheid. De roeri ge tijden van Prinsgezinden en Patri otten werden door hem en zijn zonen op afstand meebeleefd en on dergaan. De enige functie die Jan aanvaardde was die van gekozen lid van een commissie die tot taak had lijsten op te maken van ambtenaren die zich hadden schuldig gemaakt aan plundering, onderdrukking of andere misdrijven. Dat moest in 1795 worden uitgezocht. Hieruit valt op te maken dat hij en zijn zonen voorzichtige patriotten zijn geweest. In 1793 was de familie wel betrok ken bij een straatrel op Sinterklaasa vond, waarbij de verkleedpartij toen nog op 5 december werd gehouden, maar dat was in die tijd verboden. Zoon Simon had zich vermomd in een schapenhuid („of iets anders van gelijke ruygheid"), op zijn hoofd een hoge muts en hij had een stok in zijn hand toen hij door een gerechtsdienaar in de Hogerstraat werd aangehouden (doch niet her kend). Nadat de tweede diender en veel publiek er bijgekomen was ont stond er een kloppartij waarbij zoon Cornelis een van de agenten zo hard tegen zijn schenen schopte dat het bloed er bij neerliep. De dienaren sloegen op de vlucht en verdwenen in het huis van een van de twee, Adam Kalf in de Hogerstraat. Even later drongen vader Jan Pietersz en zoon Cornelis dat huis binnen om te vragen waarom de agenten Cornelis hadden geslagen. Nadat de gerechts dienaar zijn gewonde been liet zien verdwenen de Verbernes zonder verder commentaar. Op 16 januari 1794 werd Cornelis verhoord en eiste de schout gevangenneming, maar dat werd door de schepenen afgewezen. Op 26-6-1794 diende de zaak weer en de schout eiste voor het verlenen van hulp aan een ver momd persoon die daardoor kon ontsnappen 25 jaar verbanning van het eiland Texel. Het vonnis van de schepenen werd 25,— boete, waartegen Cornelis nog in hoger beroep ging en het verdere verloop onbekend is. In 1800 stond Cornelis weer voor het gerecht maar nu als getuige en slachtoffer van Gerrit Simonsz Boon van Den Hoorn. Boon was dronken het huis Warmoesstraat, thans num mer 2, binnengedrongen. Cornelis, die inmiddels getrouwd was had daar een grossierderij in drank. Boon meende meer drank nodig te hebben maar met hulp van broer Willem en de justitie wist Cornelis Boon te overmeesteren. Die werd direct opgesloten en zijn uiteindelij ke straf werd twee weken op water en brood. Op 28 juni 1810 werd Jan Pietersz opnieuw weduwnaar toen Martje Smit overleed. Haar boedel werd uitvoerig beschreven. Daarin was onder andere opgenomen een verhuurd huis met erf ,,in de Knip- pelbuurt" in Den Burg. (Vraag: wie weet waar dat was?) Het gouden oorijzer ontbrak niet evenmin als 16 schilderijen, goud, zilver en 30 rok ken, 400 roeden land en een zestiende deel in een loodsschuit. Aan Jan Trammelants activiteiten kwam nog geen einde. Het werk in de molen kon hij rustig overlaten aan zoon Simon, die ook handelde in graan. Die had zijn woning op de hoek van de Molenstraat en de Kee- somlaan. Toen Jan nog in Oude- schild woonde had hij zich al eens bemoeid met kerkelijke zaken. In 1785 werd daar geijverd voor de stichting van een eigen kerk en daar was hij een voorstander van. Het re sultaat heeft hij niet beleefd want die kerk is van 1829. In 1804 werd hij gekozen in het bestuur van de R.K. Kerk. Drie kerkmeesters had den toen de volledige materiële lei ding, niet alleen van Den Burg, maar ook van de bijkerken te Den Hoorn, Oosterend, Oudeschild en (tot 1811) te De Koog. Jan was een paar maal President-kerkmeester. Over de problemen die hij daarbij meemaakte is een afzonderlijk ver haal te schrijven. 1814 is een van de roerigste jaren van de geschiedenis, ook van de Texelse, geweest. Het was dan ook het laatste levensjaar van Jan Trammelant, een vermo gend en gezien mens, die op 14 no vember ten huize van zijn zoon Cornelis vrij plotseling overleed. Op 19 november 1814 was het graf nummer 108 in de Nederlands Her vormde Kerk weer geopend en werd hij hierin begraven. C. J. Reij Bronnen: Familieboek Verberne. Dijt Texelse geslachten en Misdaad en Straf. N.T.C. etc. Voorhanden Sterke welluidende vioolsnaren, vi- oolkammen en hars. W. C. Rey War moesstraat. Logement Café Billard Noord Hol- landsch Koffiehuis, Molenplein Den Helder. Uitstekende gelegenheid tot logeeren. Vrije kamer vanaf ƒ0,50, diner ƒ1,00. Aanbevelend, M. Zijm. Gevraagd knap dienstmeisje. Liefst niet boven 16 jaar en genegen melk weg te brengen, C. Keyser-Booh. Ontvangen een grote partij behang selpapier en randen vanaf 6 cent per rol. Q. Huuser Den Hoorn. Mr. Schilder. Gelegenheid tot het leeren van nieu we dansen onder leiding van een bekwaam dansmeester van Den Helder op Vrijdag 20 februari 's avonds 7 uur ten huize van de Wed. W. Koppen te Oosterend. Deelname 25 cent per persoon. Hartelijk vaarwel aan vrienden en bekende bij mijn vertrek naar Noord Amerika. P. J. Schaatsenberg a/b ss Noordam. Nieuws van den Dag. Medelezer ge vraagd. Leestijd 's morgens 7-12 uur. Leesgeld per 3 maanden 75 cent. W. C. Rey. 7

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1988 | | pagina 9