en/of nog andere taken had, dan werd de beloning uiteraard hoger. Zunderdorp was reeds vanaf 1852 Distributeur, doch wordt in de officiële stukken steeds postcommies genoemd. Hij bleef dit ook tot'1860 tot de betrekking van postcommies te Texel werd opgehe ven. Het probleem met de brievenbussen stond niet op zichzelf doch kwam ook al eerder voor. Want reeds in 1837 verzocht de Gemeente aan de Posterijen een brievenbus aan Den Burg te plaatsen. Als u nu denkt: nu dat doen ze wel, hebt u het lelijk mis, want de Staatsraad, Gouverneur van Noord-Holland, laat in antwoord op dit verzoek weten: "Hoezeer ik gaarne dit voorstel zoude ondersteunen, blijkt, dat tot een geheele voorziening in deze, zoodanige som zouden worden vereischt als niet waarschijnlijk is, dat aan de administratie der posterijen zou kunnen worden verkregen. Ik verzoek UED derhalve aan dit onderwerp nogmaals in over weging te nemen en daaruit zoodanige voordragt te ontwerpen alsmede in het belang der Gemeente en met inachtneming van dat van het Rijk zich bevoegd zouden rekenen met billijkheid aan. het Hooge bestuur in. .te dienen.,.. -Gasu quo met aanbieding van zekere som van de zijde der Gemeente" (.vanwege het advies heb ik de laatste regel onderstreept) Zeer waarschijnlijk heeft het tot 1850 geduurd aleer de brievenbus aan Den Burg kwam. Want het was in het jaar 1850 toen de Gemeente een aantal bezwaren tegen het beheer van de brievenposterij ken baar maakte aan de Staatsraad Commissaris des Konings in de Provincie Noordholland waaronder "dat het Hulppostkantoor te Oudeschild naar Den Burg overgebracht behoorde te worden". Het antwoord kwam er op neer, dat het ter zake van het te houden toezicht op de postschippers wenselijk was, dat het Hulpkantoor aan het Oude-Schild gevestigd bleef. Wat een klap voor Den Burg, maar het antwoord hield ook een troostprijs je in, namelijk ter tegemoetkoming het plaatsen van een vaste brievenbus bij het Raad huis Den Burg, geschikt voor de verzending van de brieven van alle plaatsen en tevens zou een Bestelhuis worden aangewezen, alwaar een frankeerlijst zou worden gedeponeerd om de gelegenheid te geven tot het frankeren van brieven. Daar bleef het bij tot 1 juli 1861 Den Burg een Postkantoor kreeg. Tijdelijk o.l. van P. Koning Gzn, want per 1 juli 1861 tot 20 april 1867 is de eerste directeur voor de Posterijen P. de Vries. Veel van mijn gegevens heb ik kunnen achterhalen bij het Postmuseum en in het gemeentelijk archief. N. Huysman Ruyslaan 69 1795 AG De Koog-Texel Tel. 02228-294 P.S. Postkantoren zouden gestaan hebben hoek Waalderstraat/ Kogerstraat, Binnenburg en de Groeneplaats. Mocht iemand mij hieromtrent nader kunnen inlichten, dan bij voorbaat dank. Mocht u nog iets weten omtrent de posterijen, haar mensen en/of materialen, dan hoor ik dat graag. Van uw interes sante foto's zou ik graag een afdruk laten maken. In het bijzonder zoek ik oude poststempels, welke ik ook graag wil kopen danwel ruilen tegen oude Texelse ansichtkaarten en/of boeken.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1987 | | pagina 30