BODELOPEN VAN OUDESCHILD NAAR DEN HOORN EN NAAR OOSTEREND IN 1857. -o-o-o-o-o-o- Ingaande 1 januari 1857 werd een bodeloop ingesteld van het Oude-Schild naar Oosterend v.v. Van Oude-Schild 10 's morgens - te Oosterend 11-j- 's morgens Van Oosterend 2 's avonds - aan Oude-Schild 3t s avonds en eveneens van het Oude-Schild over den Prins Hendrikpolder naar Den Hoorn en van daar over Den Burg terug naar het Oude Schild Van Oude-Schild 10 1s morgens - aan Den Hoorn 117 's avonds Van Den Hoorn 1 's avonds - aan Den Burg 2 's avonds Van Den Burg 2t s avonds - aan Oude-Schild s avonds (met 's avonds wordt hier uiteraard namiddag bedoeld) Voor de bodeloop naar Oosterend werd benoemd Willem Vlas en voor de bodeloop naar Den Hoorn enz. werd benoemd Willem Koorn. De postcommies te Texel, te weten J. Zunderdorp van het Hulppost- kantoor te Oudeschild, liet met zijn brief d.d. 16 december 1856 aan het gemeentebestuur weten, dat Vlas en Koorn voornoemd be noemd waren, echter met de last om op de genoemde dorpen een Bestelhuis te houden en aldaar een brievenbus te plaatsen. Nu volgt een passage uit deze brief: "De Directie mij meld: Dat hoezeer de bezorging der bedoelde brievenbussen ook ten laste der postbodes is moeten gebragt worden en zij dus daarvoor aansprakelijk zijn, het Gemeente bestuur te acosty door UED. in consideratie moet worden gegeven om ook in het belang van het Publiek die brieven bussen, gelijk genoegzaam over al op het platte land, in dergelijke geval heeft plaats gehad voor eigen rekening te doen vervaardigen en plaatsen, ten einde van goede en Veilige Constructie en plaatsing verzekerd te zijn. Zijnde natuurlijk noch vereischt noch bedoeling dat dezelve van binnenbussen voorzien zijn Zunderdorp vindt het blijkbaar ook te gek, want hij doet de aan beveling aan de Gemeente om de twee brievenbussen voor Den Hoorn en Oosterend voor eigen rekening en in het belang der Gemeente te willen daarstellen, daar het tractement der bodes ad 150 Gulden per jaar die kosten niet toelaten. Of ze inderdaad voor rekening van de Gemeente zijn geplaatst heb ik (nog) niet kunnen vinden. Zeker is het echter wel, dat de brievenbussen er kwamen, want de dorpen Den Hoorn en Oosterend staan aangeduid als "Bestelhuis" ingaande 1 januari 1857» Het bericht kwam, zoals hierboven vermeld, van J. Zunderdorp, postcommies van het Hulppostkantoor Oudeschild, onder Den Helder. V66r 1 september 1850 was Oudeschild nog een zgn. Distributie kantoor. Met de Postwet van 1850 kwam het begrip Hulppostkantoor tot stand onder het beheer van een bezoldigde brievengaarder. Dit was de vervanging van sinds 1811 bestaande Distributiekan toren. Daarnaast de vestiging van Bestelhuizen ter verwezenlijking van de bepaling in de Postwet, dat in iedere Gemeente waar geen Post- of Hulpkantoor gevestigd was, een gelegenheid moest bestaa: voor het ontvangen en verzenden van brieven. Een hulpkantoor nad dus een brievengaarder. Deze was geen ambten t: maar ontving van rijkswege een jaarlijkse toelage van 25 gulden vr r het plaatsen en onderhouden van een brievenbus aan of voor zijn woning. Hij was ook verplicht de in de bus geworpen brieven aan .ie postiljon of postbode af te geven. Moest hij nog brieven bezorgen

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1987 | | pagina 29