30
IN MEMORIAM SIEM DE WAAL
Toen zowel de Heideree Courant als de "Texelaar" berichtten, dat Siem de
Waal CHzn plotseling na een hartaanval in Pieter Maritzburg, Zuid-Afrika,
was overleden, was ongetwijfeld de algemene reaktie van diegenen die hem
goed of slechts oppervlakkig gekend hebben: "ach wat jammer, erg jammer".
Hij dacht zelf bovendien nog aoveel moois voor de boeg te hebben: lagen in
zijn kantoortje niet een serie tickets klaar in verband met een trip -als
reisleider- naar India? Het zou zijn bezoek aan het 81e land geworden zijn.
Als je nagaat wat Siem in Zuid-Afrika en voordien op zijn geboortegrond
zelf gebouwd heeft, vraag je je af waar hy al die reistijd vandaan gehaald
heeft. "Siem heeft wel geleefd!" hoorde ik dezer dagen herhaaldelijk op
merken. In de advertentie, die zijn heengaan meldde, had gestaan kunnen
hebben: "Na een welbesteed leven". Ik durf te veronderstellen dat menigeen
hem om zijn aktiviteiten, levensgenieter en in zoveel belangstellend, wel
een beetje benijd zal hebben.
De Historische Vereniging Texel vroeg me een artikeltje te schrijven over
Siem. Dat ia een niet eenvoudige opgave, want met welk facet moet je begin
nen. Er doen zich immers legio onderwerpen voor, die mijzelf zeer interes
seren, maar wat pakt een ander? Als ik in vogelvlucht de levensloop van
Siem tracht te releveren, zie ik hem allereerst samen met Wim van Leersum
er op uit trekken voor het uitbreiden van zijn eierverzameling spreeuwen
en musseneieren hadden ze al genoeg van onder de pannen uit de lage huisjes
aan de Gasthuisstraat te pakken gekregen, maar de zeldzame soorten -
graapiepertjes tot (streng verboden!) lepelaareieren- waren een moeilijker
genre.
Dan zien we hem als subreisleider: kapitein W.H. Lap had zich als gepensio
neerd zeeman opgeworpen als organisator van jongerenuitstapjes, terwy'1 hij
in het Glazen Paleis ook af en toe iets vertelde over zijn belevenissen
tijdens zijn wereldreizen over dikwijls vervaarlijk spokende oceanen. Ik hoor
Lap nog zeggen: "Siem, trommel jij (zal wel "jee" gezegd hebben) weer eens
een zootje jongelui bij elkaar, ik wil eres met ze naar Amsterdam".
Misschien is in die periode de stoot gegeven om meer van het land achter
de vaderlandse grenzen te willen ontdekken. Maar vader De Waal vond het
verstandiger om Siem eerst in de gelegenheid te stellen zijn op de openbare
en later christelijke school opgedane kennis via de u.l.o. wat uit te brei
den. Daar zou Siem -dacht vader- het wel goed doen, vooral talen zouden hem
trekken. Was ook zo, maar in de enge schoolbank hield hij het al spoedig
niet meer uit: samen met Jaap Geus ging hij een weddenschap aan wie de meest
stomme fouten zou kunnen maken. "Dat wordt
genoeg niks met je zoontje" had meester Br:
gezegd. Toevallig werd dit gesprek opgevani
door de Weststraatse buurman van meester
Brak, Niek Graaf, die samen met zijn broer
Jaap een aannemersbedrijf had gesticht.
Toen vader De Waal daar de volgende och
tend met zijn melkkarretje verscheen, vroeg
Niek of Siem misschien bij hem zou kunnen
komen als leerling-metselaar. Toen Niek in
de crisistijd naar de vastewal verhuisde,
besloot Siem voor zichzelf te beginnen.
Aan de toenmalige Suiderweg - nu Beatrix-
laan - bouwde hij als negentienjarige
twee huizen onder êên kap. Natuurlijk
moesten ze versierd worden met een Espe-
rantoster - je kunt ze vandaag de dag
nog bewonderen. Helaas, toen de huizen
klaar waren bleken ze onverkoopbaar;
goudsmid Reinier Bakker Hzn kocht ze op
voor negentienhonderd gulden per stuk,
met voor- en achtertuin. Daar was dus
geen droog brood mee te verdienen.