OO
A
[TL 4
y 1
jLe
6
Bij Rivalen in Amsterdam was het allemaal
veel technischer en een lange haal naar voren
was een uitzondering. Dat was bij Con Zelo
eerder andersom. De middenvelders liepen
daarom eerder een nekblessure op omdat de
bal steeds over hun hoofd heen vloog.
Inzet en enthousiasme bij Con Zelo waren
wel aanwezig en ze klaagden veel minder dan
de spelers bij Rivalen. Mijn laatste wedstrijd
vergeet ik nooit, dat was de beslissingswed
strijd tegen Koedijk op het VIOS-terrein in
Warmenhuizen. Koedijk was torenhoog favoriet
maar ze verloren met 2-0. Op je 35e afscheid
nemen met een kampioenschap is fantastisch.
vonden ze Waarland een heel
gemoedelijk dorp. Het meest op
vallende was de vriendelijkheid,
want iedereen groette je. Mijn
moeder zei: Ik lijk de koningin
wel.
Bij de jeugd
Al gauw na mijn actieve voetbalcarrière kwam het
jeugdbestuur van Con Zelo bij me met het verzoek of ik
de jeugd wilde begeleiden of trainen. Onze twee zonen
voetbalden al. Tim is ruim drie jaar ouder dan Miel.
Zijn team had twee begeleiders: Johan Bakker en Koos
Volkers. De F-pupillen, zo heette dat toen nog, waar Miel
bij hoorde, ben ik gaan trainen, coachen of hoe je het ook
wilt noemen met jochies van net zes jaar.
Een jeugdteam van Con Zelo uit 1986-1987.
De begeleider was Ben Krijnen. Vlnr boven: Martijn Bruin,
Bob Houtenbos, Jurian Bruin, Miel Krijnen, Ronald Spierings.
Voor; Jos van Gefen, Laurence Mulders, Joes Kuijs, Jacco Schrijver,
Peter Bos. Foto: archief Con Zelo.
Voetbal is mijn passie
We woonden nauwelijks aan de
Tulpstraat, toen Co van der Gulik
langskwam. Ik was een beetje
tegen een bal aan het trappen
en dat zag Co. Hij kwam naar
me toe en vroeg of ik goed kon
voetballen. Ik antwoordde dat ik
drie keer een bal kon hooghouden
maar daar trapte Co niet in. Ik
vertelde hem dat ik in Amster
dam voetbalde en dat was enkele
klassen hoger dan de plaatselijke
voetbalclub Con Zelo.
Overstappen naar Con Zelo kon
ik op dat moment niet maken want ik werd een beetje
betaald en mocht elk jaar bij de sportzaak van Johan
Cruijff nieuwe voetbalschoenen aanschaffen. Ook had
mijn vereniging enigszins bijgedragen in de kosten van
de verhuizing onder beding dat ik nog bij ze zou blijven
voetballen. Toen zei Co: Kom dan bij ons zaalvoetballen.
Dat zei mij weinig. In Amsterdam was zaalvoetbal nog
niet zo bekend. Maar ik gaf mijn fiat aan Co en daar heb
ik nooit spijt van gehad.
Ik ging zaalvoetballen bij Bouwbedrijf De
Jong uit ’t Veld. Daar voetbalden echt een
paar kanjers van spelers, zoals Theo Droog,
Hans de Jong, Miel Smit, Co van der Gulik,
Maarten van der Kroon, Alex Wijnker en
Piet Wijnker. En daar kwam ik mee te spelen.
Het was echt een pracht team. In 1975 ben
ik bij Con Zelo op het veld gaan voetballen.
Het was wel wennen voor mij. Ik wist dat
het niveau op een lager pitje stond, maar het
verschil was vrij groot.
Een deel van de luchtfoto van de nieuwbouw. In het midden ziet u de Sint-Janschool
met daarboven een stuk grond, waarop 16 huizen gebouwd moesten worden.
1|
5 k