HEIN Luxrotor eccgtcne De winkel in Tuitjenhorn, foto 2017. 13 Brood en banket Bart, Jeroen en Niels zijn gediplomeerd brood- en banketbakker. Brood spreekt voor zich en onder banket wordt o.a. verstaan: koek, cake, gebak en ontbijtkoek. Niels vertelt: Met vier vaste medewerkers werken we in een goed team samen om elke dag kwaliteit te maken. Ieder van ons heeft z’n specifieke voorkeur en daar wordt Vooruit denken en aanpassen aan de eisen des tijds. Allereerst de overname in 1990 van de bakkerij van Nico Groot aan de Zwarteweg in ’t Veld. De winkel in het pand, waarin kaasfabriek Niet gedacht in 1905 be gonnen was, werd grondig verbouwd. De bakkerij was overbodig, want het brood en banket kwamen uit Waar land. Het jaar daarna kwam de winkel van Van der Werff in Tuitjenhorn aan de Dorpsstraat 26 leeg te staan. Na ruim vijfentwintig jaar is gebleken dat het een goede keus is geweest om toen met slager Chris Blankendaal op die plek een verkooppunt te beginnen. De bakkerij in Waarland is regelmatig verbouwd. Er zijn twee meelsilo’s met een inhoud van elk drie ton. Het meel wordt aangevoerd met een bulkwagen. Verder brengt de groothandel diverse soorten meel in zakken. De broodpannen worden niet meer met de hand inge smeerd. Met een spuitmachine gaat het veel sneller. Grote investeringen zijn gedaan: o.a. een rijskast met een temperatuur- en vochtregelaar, een kadettenmachine en een roterende oven. Toen deze apparaten in de bakkerij geplaatst werden, gingen met enige aanpassin gen de dagelijkse werkzaamheden door. Het is ons altijd gelukt, aldus Niels, elke dag vers brood op de plank in de winkels te krijgen. Het tijdstip van stoppen met werken of het eigenaar zijn viel voor de drie Beemsterboeren van de derde generatie niet altijd samen. Wel kan gezegd worden, dat rond 2006 voor deze drie, in goede harmonie, een regeling is getrof fen om de zaak over te dragen aan de vierde generatie. Vlnr boven: Bart, Petra, Niels, Esther. Voor: Gijs, Jeroen. Gijs is van de vijfde generatie. bij de werkverdeling rekening mee gehou den. We hebben winkelmeisjes: in iedere zaak door de week één en op zaterdag meer. Een winkelmeisje kan, wanneer er geen klanten zijn, ook inpakwerk doen. ’s Morgens ruikt men, soms op meer dan honderd meter afstand, de bakkerij. Een geur van vers brood of speculaas. Bart zegt: Ik heb hier nooit klachten over gehoord, zelfs niet van de naaste buren. Een koek- fabriek krijgt die klachten soms wel. Hoogstens heeft het verkeer bij ons weleens last, wanneer de bulkwagen met meel of een vrachtwagen moet lossen. Brood- en koekfabrieken kunnen de ambachtelijke bakker niet vervangen, is de mening van alle drie. Jeroen gaat verder: Een fabriek kan nooit tippen aan de kwaliteit van ons brood en banket. We maken een ruim as sortiment aan groot brood. We beginnen vijf dagen rond twaalf uur en vrijdag een paar uur eerder. Het bedienen van de machines blijft handwerk. Het meel voor het gewone wit- en bruinbrood komt door een slurf vanuit de silo in de kneedmachine, wordt daarna machinaal afge wogen, gaat naar de rijskast en wordt vervolgens de oven in gereden. Na ruim drie uur is het brood klaar. De andere soorten brood worden met de hand gekneed, afgewogen en in koppel-pannen (vijf pannen aan elkaar) gedaan en dan volgt het proces van rijzen en bakken. Eveneens bakken we elke dag klein brood, zoals kadet- ten, krentenbollen, croissantjes en sesamzaadbroodjes. Het maken van allerlei soorten koek gebeurt handmatig. Deeg maken, uitrollen, in de vereiste vorm snijden en dan nog wat erop moet, zoals bijvoorbeeld pinda ’s of een

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2017 | | pagina 13