L
I
'j y
'vw 1
Piet Beemsterboer door weer en wind.
Medewerker Theo Borst.
10
Op jonge leeftijd in de bakkerij
Piet Beemsterboer en Truus Vreeker kregen vijf kinderen:
Nellie, Jaap, Niek, Bertha en Cor. Op jonge leeftijd
hielpen Jaap en Niek in de bakkerij. Ze vonden dit leuk
werk. Ze mochten broodblikken en platen insmeren en
koekjes op de platen doen. In de sinterklaastijd maakten
ze speculaasjes en andere lekkernijen. Jaap vertelt:
Kermis werd vroeger volop gevierd. Niet alleen op het
kermisterrein en in het café, maar ook thuis. Er kwam
altijd wat lekkers op tafel. Een bijzondere lekkernij
een grol, bleek goed te werken. Tot slot. Ik kreeg ver
kering met mijn latere man Jan Schouten. Op zaterdag
kwam hij op de fiets vanuit de Wieringermeer te vrijen.
Slapen onder één dak mocht toen niet. Beemsterboer
bood de oplossing. Jan mocht in het knechtenbed, hoefde
‘s avonds niet naar huis en de volgende dag kon hij dan
weer vroeg bij mij zijn.
Krentenmik, volgens oud recept
De winkelomzet was niet groot, met venten moest Piet
het verdienen. De eerste klanten waren zijn naaste buren.
Sanering voor de bakkers was er niet. Dat betekende
dat alle drie bakkers heel Waarland en de Sloeierd door
moesten om hun nering uit te venten. De meeste ge
zinnen hadden twee of drie bakkers. Bij de een kwam
Beemsterboer om de week, bij de ander twee of drie da
gen in week of soms nog anders. Elke dag moest hij dus
weten hoeveel broden; wit en bruin en in het weekend
hoeveel koek en kadetjes, gebakken moesten worden.
In die tijd was er altijd tenminste één knecht. Voor dag en
nacht waren dat Theo Borst, Jan Bleeker of Cor Vreeker
en uit Waarland: Joop Bakker, Jan Bruin of Aik Smit.
De knecht gebruikte de bakfiets en Beemsterboer de
transportfiets. Wanneer hij niet op tijd bij een klant
aankwam, was de kans groot dat hij niet meer
hoefde te komen. Soms gebeurde het dat de
knecht gevraagd werd om te helpen met een
huishoudelijk klusje; zoals bijvoorbeeld tijdens
de schoonmaak met het kloppen van de vloer
kleden. Dat hoorde er gewoon bij.
Van oudsher is de krentenmik van Beemster-
boer een specialiteit volgens oud recept. En
ook de Westfriese Abraham. Dit is een ge
vulde speculaaspop bespoten met crème van
ongeveer een halve meter groot. Een traditie
was, dat wanneer een man vijftig werd, hij een
Abraham kreeg. Jaap herinnert zich: Ik denk
in de jaren vijftig nog, dat vrachtrijder Jan
Dekker wekelijks een krentenmik meenam voor
Bruggemann in Alkmaar. En als wij om nieuws
moesten, gingen we altijd naar die kleding
zaak en nooit naar een andere.
Evenals zijn
vader
Evenals zijn
vader was Piet
Beemsterboer
heel muzikaal.
Hij bespeelde
bijna alle muziek
instrumenten en
was trouw lid
van de fanfare
St. Gregorius. Hij
was organist van
het kerkkoor van
de St. Wulfram en
hij viel in bij an
dere koren o.a. in
Heerhugowaard-
De Noord.
Een begrafenis,
een huwelijk of
huwelijksjubileum was altijd ’s morgens. Beemsterboer
moest er dan zijn. Het gebeurde dan regelmatig dat zijn
vrouw de oven leeg moest halen.
Bij een feestelijke viering kregen de koorzangers na
afloop een gelaggie bij café Stoop aan de overkant.
Maar omdat bakker Beemsterboer direct na de mis naar
z’n werk in de bakkerij moest, haalde hij zijn borreltje
onder de preek.
Familiefoto. Vlnr achter: Nellie, Jaap, Bertha, Niek.
Voor: vader Piet, Cor, moeder Truus Vreeker.
DeeinstedboerD
r u
i I