Trouwfoto Truus Bos en Freek Stoop, 11 mei 1934.
Piet Groenhart.
22
lijk in 1946 gestorven. Regelmatig kwam dokter bij haar
langs. Mijn vader kon het goed met hem vinden. Even
als dokter Groenhart verleende mijn vader in de oorlog
onderdak aan onderduikers. Het was hier een rustige
omgeving. Toch was het niet zonder gevaar als je goed
bedoelde hulp bood. Op een avond in de winter van
’44 -’45 klopte dokter op de achterdeur. Hij zocht een
onderduikadres voor mevrouw Valve Flu-Targama. Zij
was de vrouw van dokter Hans Flu uit Leiden, oud-studie-
genoot van Piet Groenhart. Een paar dagen heeft ze hier
een veilige plek gehad en is daarna weer vertrokken.
Doortastend en vooruitstrevend
Tinie Stoop vervolgt haar verhaal: Dokter Piet Groenhart
heeft een keer mijn moeder op een bijzondere wijze ge
holpen. In 1945 heeft zij bij de geboorte van mijn broer
Ton een zware bevalling moeten doorstaan. Ruim een
jaar later raakte zij weer in verwachting. In 1947 werd
het kind te vroeg geboren en is het direct overleden. Na
de bevalling mocht moeder niet meer vervoerd worden.
Zij kreeg via een infuus bloedtransfusie toegediend.
Dokter Groenhart improviseerde een verantwoorde ver-
pleegruimte in de slaapkamer en hing de infuuszak aan
een balk. Mijn moeder had trombose en dokter Groen-
hart had een speciaal medicijn voor haar uit Amerika
laten overkomen, dat hier nog niet te krijgen was. Hoe
wel het grootste gevaar voorbij was, bleken de proble
men nog niet beëindigd. Het toegediende medicijn was
nog zó nieuw dat men nog niet alle bijwerkingen ervan
kende. Dagenlang heeft hij over haar gewaakt en is er
bijna dag en nacht bijgebleven. Helaas heeft zij nog ruim
negen maanden last gehad van kwalijke wonden op haar
benen. Daarna was mijn moeder geheel hersteld.
Dokter Groenhart was heel kundig op dit gebied. Toen
hij hoorde dat mijn moeder weer in verwachting was,
kwam hij regelmatig langs om te informeren hoe het
met haar ging. In 1950 is mijn jongste zus Trudie zonder
enige problemen geboren.
leefomstandigheden en het verdriet om het verlies van
zijn zoon, die zo lafhartig was vermoord, stierf hij ge
heel uitgeput op 61-jarige leeftijd op 19 december 1945.
(Bron: Inger Schaap in Trouw.
Het begin van de gebeurtenissen in 1947 kan ik mij nog
heel goed herinneren, want ik werd door mijn vader op
gehaald van de nonnenschool in Bergen. Hij vertelde mij
dat het niet goed ging met moeder en dat ik mee moest.
De gedachte hieraan maakte zo’n diepe indruk op mij dat
ik het op dat moment nauwelijks kon verwerken. Ik was
nog maar twaalf jaar toen ik stopte met school en mijn
Drama in Leiden
Op dinsdag 3 januari 1944pleegde het verzet een
aanslag op de NSB-er Willem Diederix, hoofd van het
Arbeidsbureau te Leiden. Hij raakte zwaar gewond en
overleefde de aanslag ternauwernood. Als represaille
maatregel van de Duitsers werden de dag daarop
35 burgers opgepakt en overgebracht naar het politiebu
reau. Drie van hen, dr. Christiaan de Jong, conrector van
het Stedelijk Gymnasium, Harmen Douma, voorzitter
van de Eerste Leidse Schoolvereniging, en huisarts
Hans Flu werden diezelfde avond nog door de Duitsers
geliquideerd. Hans Flu was toen 31 jaar oud. De ande
ren werden de volgende dag overgebracht naar kamp
Vught of naar Sint Michielsgestel. Deze represaillemaat
regel stond bekend onder de codenaam Silbertanne.
In september 1943 was op grond van een Reichssache-
befehl in Berlijn besloten dat politieke moorden, zoals
op NSB-ers, ten sterkste moesten worden bestreden. Na
elke moord zou een aantal Nederlanders uit intellectuele
kringen die als vijanden bekend stonden, geëxecuteerd
worden. De vader van Hans Flu, hoogleraar dr. Paul
Christiaan Flu, die in augustus 1942 al onder huisarrest
was geplaatst vanwege zijn verzet, is die bewuste dag
samen met die 35 burgers ook opgepakt, en naar een
concentratiekamp gebracht. Als gevolg van de slechte
1