TWEE
ONVERGETELIJKE
ARTSEN UIT
DIRKSHORN
Dirk Groenhart.
21
Tinie Poland-Stoop herinnert zich: Er waren vroeger
twee generaties dokter Groenhart in Dirkshorn. Om
vanuit Waarland naar de dokter te gaan daar was je
bijna een dag mee bezig. Eerst een visite, daarna het
onderzoek en vervolgens medicijnen ophalen en dat
allemaal op de fiets. De komst van de nieuwe praktijk
ruimte van dokter Hageman in 1977 vonden wij een
grote vooruitgang.
Dokter Dirk Groenhart heb ik zelf eigenlijk nooit
gekend, ik was vijf jaar toen deze arts overleed.
Ik ken hem alleen uit verhalen van mijn familie.
Op 23 april 1920 verongelukte opa Gerrit Stoop toen
hij achterover viel op de dissel van een wagen. Zoals
toen gebruikelijk was, kwam de dokter altijd aan huis.
In Waarland kon men in het verleden kiezen
uit twee artsen, één uit Oude Niedorp of één uit
Dirkshorn. Sinds de komst van een Medisch
Centrum aan de Veluweweg is dit veranderd.
De inwoners van Waarland zijn nu aangewezen
op een arts van dit Centrum.
Tinie Poland-Stoop vertelt en
Adriaan Klaver schrijft.
Op 18 mei 1936 vierde Dirk Groenhart zijn 25-jarig
jubileum als dokter van Harenkarspel. Dit feest werd in
heel de gemeente uitbundig gevierd met o.a. recepties bij
C. van Ophem in Waarland en in AHOJ in Tuitjenhorn.
Eind 1939 werd hij ernstig ziek en op 1 maart 1940 over
leed hij op 54-jarige leeftijd. Zijn oudste zoon Piet volgde
hem op.’Een dorpsjongen die uitstekend met de inwoners
van Waarland, Tuitjenhorn en Dirkshorn overweg kan’,
aldus een correspondent van de Schager Courant.
Dokter Groenhart heeft nog van alles geprobeerd maar
het mocht helaas niet meer baten. Opa was nog maar 42
jaar oud toen oma met de opgroeiende kinderen al wedu
we werd. Na zijn overlijden moest zij voor een gezin van
zeven kinderen zorgen en de kost verdienen. Zij heeft
toen het huis, de kapberg en koeloods, nu: Kerkstraat
75, verkocht en in 1924 een burgerwoonhuis met café en
kruidenierswinkel tegenover de kerk laten bouwen.
Hulp aan onderduikers
Tinie vertelt verder: Mijn vader en moeder hebben beide
dokters meegemaakt. Mijn ouders, Freek Stoop en Truus
Bos, hadden een tuindersbedrijf. Ons huis stond vlak
bij de ringsloot met de Bleekmeer. Vader teelde kool,
aardappelen en bloembollen en had ‘s winters ook een
paar koeien, opzetters genoemd. Ik ben geboren in 1935
aan de Westkade, die later, na de verkaveling, de naam
Waarlandsweg kreeg. Na de lagere school ging ik naar de
nonnenschool van de Ursulinen in Bergen. Het was een
internaat met ook een huishoudschool. Daar heb ik niet
lang op gezeten, waarover ik later vertel.
Mijn eerste ervaring met dokter Groenhart was bij mijn
vrijgezelle tante, Trien Stoop. Zij lag in een tentje, dat
achter het café van oma op het grasveld stond. Mijn tante
had een ontstoken blindedarm gehad en er waren com
plicaties opgetreden, waardoor ze langdurig in bed moest
blijven. Zij is ruim vier jaar ziek geweest en is uiteinde-