26 vakantie hebben natuurlijk voorrang, maar dan denk ik: Jammer, volgend jaar beter. Een echte traditie is overigens de kermisborrel op zondagmiddag bij Rita en Gerrit Hoedjes aan de Weelweg. Dus op z’n minst daar even langs om een pilsje te halen. Dat is altijd een kleine reünie. De joös, onze vriendengroep uit mijn jonge jaren, zijn daar dan bijna allemaal. De Waarlandse tak is er uiteraard, maar ook de mannen die uitgevlogen zijn naar Heiloo, Maarsen, Utrecht of zelfs Gorinchem. De kermisborrel slaan ze zelden over. Wie doet je wat? Mijn vrouw, geboren in de provincie Utrecht en zonder dorpskermis opgegroeid, begrijpt er niets van. Ze is één keer mee geweest, een paar biertjes gedronken, beetje kletsen, maar ze heeft vooral vol ongeloof om zich heen gekeken. De meeste jongens stonden met wel vier glazen bier, geklemd tussen onderarm en buik, en sommigen waren zelfs op klompen. Als je er niet mee bent opgegroeid, is het inderdaad een eigenaardig fenomeen die manier van kermis vieren. Het zit in je genen, het is een vrolijke uitlaatklep en het is bovenal gewoon bar gezellig. Je ziet iedereen weer, het is ongedwongen, je kunt lekker slap teuten, eindeloos veel grappen maken en een lekker biertje drinken, of twee, of drie.Als je maandagochtend om elf uur bij het katknuppelen je eerste biertje neemt, dat uiteraard niet smaakt - het eerste biertje wordt daarom weleens weggegooid - en je kijkt om je heen, dan maakt dat je blij. De wereld draait door, mijn vrouw en collega’s aan het werk en kinderen naar school, én ik, ik sta lekker met een mannetje of wat mooi an eenpilsie. Wie doet je wat? Hij bleef zingen Op een maandagmiddag, ergens midden jaren negentig, hadden Coen en Annemarie Volkers een bijzondere Amsterdamse volkszanger in De Posthoorn. Het was een kleine krullenbol, ik schatte hem 1.50 m. lang. Hij kon een lekker moppie zingen en moest constant hard lachen als er een grap of iets werd gemaakt. Je moet het altijd even afwachten met mensen van buiten, maar het klikte tussen hem en de Waarlanders. Je bent Waarlander Kees Braas, Adam Danenberg, Petra Zwagerman, Alex van Schagen. of niet, hij moest op de proef gesteld worden. Chris Dekker, nog wat joös en ik gingen vlak voor hem aan een tafel zitten klaverjassen. Maar hij verblikte of verbloosde niet en wat deed ie: hij ging midden op onze tafel staan. Vanaf toen begon de stemming er goed in te komen. Coen zette een bus scheerschuim en een scheermesje bij ons op tafel. We rolden z’n broekspijpen op en, alsof hij op de Titanic zat, hij bleef gewoon doorzingen. We hebben toen keurig zijn onderbenen geschoren. De beste man gebruikte een draadloze microfoon, zo kon ik hem op mijn schouders naar buiten dragen. Daar stond ik dan bij de zweef. Er was een taxi in de buurt. Daar hebben we de Amsterdammer, die nog altijd door bleef zingen, ingezet en zijn Chris en ik met hem naar het café van Piet en Annet Stoop tegenover de kerk gereden. Daar even een biertje gedaan en weer terug. Het bleef die dag nog lang onrustig in het dorp. Amerikanen op bezoek De anekdotes zijn legendarisch en worden nog vaak verteld. We hebben wat afgelachen. Ook die keer toen we bij vader Houtenbos op de Veluweweg een kermisborrel gingen halen. Er waren toen een neef en een vriend van hem overgekomen uit New York, jongens van een jaar of achttien. Pieter en Josh wilden de kermis -waar ze zoveel over hadden gehoord- weleens meemaken. We hebben de historie van Waarland Met de Amsterdammer. Links: Chris Dekker, Ad Bruin. Rechts: Alex van Schagen, Sjaak Rood. bar

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2016 | | pagina 26