TE KERMIS OP ZONDAGMIDDAG ALLEEN, ZONDER VADER EN MOEDER f/ Piet Kleverlaan Arie Bruin. Foto 2016. Met dank aan Arie Bruin Nz. 10 Arie, zoon van Nico Bruin en Agie Schrama en geboren in 1950, vertelt: Ik was een jaar of acht en kan me niet herinneren dat m’n vader en moeder met mij ooit naar de kermis zijn geweest. We moesten ons eigen redden. M’n drie oudere zussen en ook ik gingen er in die tijd alleen op af. We deden dat op zondagmiddag en op een avond om lichies te kijken. Op de zondag mochten we onze gnappe kleren an en we kregen kermisgeld mee voor die dag. Maar hoeveel het was? Ik denk van een gulden. Moeder zei wel: Je moet er de hele dag mee doen, dus niet alles meteen opmaken en het niet verliezen. Vader en moeder gingen er vanuit dat ik voor hen wat lekkers meenam. We woonden aan de Hogebrugweg 6 en dan op de fiets naar ome Siem en tante Trien Bruin- Danenberg aan de Weelweg. Daar zette ik m’n fiets neer en kreeg van hen ook nog een kermiscentje. Op de zondagmiddag stond ter hoogte van het huis van Van der Gulik (nu: Veluweweg 9) een fotograaf. Vanaf die plek maakte hij zijn kiekjes. Later op de dag deed hij dit ook in De Posthoorn. Een deel van de foto’s werd verkocht, maar met een aantal bleef hij zitten. Er was geen belang stelling voor of men had het geld er niet voor over. Op het kermisterrein Bij De Posthoorn aangekomen, liep ik eerst een tijdje over de kermis en keek wat er te zien was. Aan de overkant van het café stonden de hollie-hollie, de zweef en de skommeleschuitjes. Verder was er een skiettent, een snoepkraam, het koekhakken, de kop van Jut en een visboer. Eigenlijk wist ik van tevoren al waar ik m’n geld aan zou uitgeven. Dat was aan de hollie- hollie en aan de grabbelton van Akkie Jakkie, want in de zweef en in de skommeleschuitjes durfde ik toen nog niet. Het meest spannend voor mij was de hollie-hollie, ook wel hobbelende geit genoemd. Er waren verschillende dingen waar je op kon zitten. Ik zat het liefst op een peerd. Bij elke rit hing er een kwast aan een touw. Deze werd op en neer gehaald en als je de kwast te pakken had, mocht je nog een keer voor niks. Verder gaf ik m’n geld uit bij Akkie Jakkie. Met een speelgoedautootje of een ander frutseltje was ik al tevreden. Het kermisterrein was toen niet afgesloten. Ik herinner me dat op een keer een auto zachtjes kwam aanrijden. Ouwe Jan Bruin, die toen bij ons aan de overkant bij zijn zoon Jan inwoonde, ging wel wat opzij maar niet ver genoeg. Hij kwam met z’n voet onder één van de wielen terecht. Hoe het verder met hem afgelopen is, weet ik niet meer. Aan het eind van de middag kocht ik bij de snoepkraam voor moeder een koningsbroodje en voor vader een grote spek. En als ik dan nog geld over had voor mezelf: een zoute lap, een paar velletjes eetpapier of wat zoethout. Dit was mijn kermis van z’n zestig jaar geleden. p de vraag: Wie heeft voor ons jubileumnummer kermisfoto’s of een verhaal?, reageerde ook Arie Bruin. Vroeger werden bij ons thuis weinig foto S gemaakt en kermisfoto ’s hebben we helemaal niet. Wel kan ik me nog wat van de kermis van vroeger herinneren. 1 f 1^ Jr i

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2016 | | pagina 10