PAX OPTIMA 1648. Vrede is het beste in alle zaken. Brandslangenwagentje van Jan Keet. 21 Een ander brandgevaar zijn de rieten stolpdaken. Als het riet eenmaal brandt dan is het moeilijk te blussen, omdat het water eraf loopt en er niet indringt, waardoor het vuur zich juist snel kan ontwikkelen. Het vuur geeft een sterke rookontwikkeling en belemmert al snel de verdere redding of blusmogelijkheden. Daarna volgt het gevaar dat het brandende riet van het dak uitzakt en de uitgangen blokkeert. Naast de rieten dakbedekking kwam de brandweer vaak asbest golfplaten tegen. De daken van veel bedrijfsschuren uit de periode 1930-1990 waren gedekt met asbestcement golfplaten. Rekening moest gehouden worden met wegspringende asbestscherven en losse asbestdeeltjes die door de lucht zweven wanneer de golfplaten verhit werden. Dat was en is nog steeds gevaarlijk voor de luchtwegen en longen. Vroeger vond men het een geweldig bouwmateriaal met goede brandwerende eigenschappen. Getuige ook het onderstaand verslag. De gedupeerde familie Jan Ros was op donderdag 4 juli 1963 het slachtoffer van een brand in hun boerderij aan de Slootgaardweg 22. Omstreeks 02.10 uur ’s nachts kwam de brandmelding binnen. Bij aankomst kwamen de vlammen al uit het dak. Dankzij de asbest dakplaten kreeg het vuur weinig kans zich uit te breiden. Ook de ventilator voor het hooi had het vuur naar zich toege trokken, waardoor omvang beperkt bleef. Na een paar uur blussen was men het vuur meester en bleven de vier grote schuren en boerderij behouden. De oorzaak moet gezocht worden in kortsluiting. Omstreeks 06.00 uur waren we weer thuis. (Bron: brandweer Dirkshorn). Op 19 september 1972 ‘s morgens tien uur kwam het brandalarm binnen. Er was brand in de boerderij van Verburg bewoond door de familie Jan Ros Slootgaardweg 22 te Waarland. Aanvankelijk rukten we met vijfman uit. Bij aankomst stond het achterhuis al in lichterlaaie, er was niets meer te redden. Een grote voorraad van ongeveer 400 ton hooi moest worden weggereden. De firma Poland zorgde voor een dragline, trekkers en wagens. Nadat de boerderij was afgebrand zijn we begonnen met het nablus- singswerk. Woensdagmorgen omstreeks 02.30 uur kwamen de brandweermannen weer thuis. In totaal hebben we 16D uur met 11 manschappen hieraan gewerkt. De oorzaak van deze brand zal vermoedelijk hooibroei zijn.*) De boerderij met voorhuis en vier hooivierkanten was waarschijnlijk de grootste boerderij in de gemeente Harenkarspel. (Bron: brandweer Dirkshorn). Vlnr: Vader Jan Ros, Tiny, Annet, Vera, moeder Gré Komen. Zittend op stoel: Jan, Evert. Zittend op de grond: Marian, Gretha. Foto 1963. hooioogst kan als gevolg van een biologisch broei- proces zelfverwarming optreden. De warmte kan zelfs oplopen tot zelfontbranding en wordt dan een directe bedreiging voor de bewoners, het vee en de boerderij. Uit voorzorg stuurde de ge meente of verzekeringsmaatschappijen destijds aan gestelde hooipeilers of hooistekers op pad om pre ventieve controles uit te voeren. Zo had de gemeente in 1915 acht hooipeilers aangesteld en benoemde voor het gebied Waarland de heren J. Borst en H. Keesom. De brandweer bezat ook een dergelijke hooipeilstok, een stalen lans met een thermometer op het uiteinde. De stok werd op verschillende plaat sen in de hooiberg gestoken om de temperatuur van de hooiberg te peilen. Het hooipeilen vereiste veel ervaring om betrouwbare resultaten te boeken. De heetste haarden moeten worden opgezocht, opgegraven, natgemaakt en worden afgevoerd. Als de peiltemperatuur tussen de 80 en 85 graden Celsius of hoger is, dan is de kans op zelfontbranding groot. Het uitgraven en afvoeren was een uiterst warme en arbeidsintensieve klus want het moest allemaal met de hand gedaan worden.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2016 | | pagina 21