VAN HET LANGE
HUIS NAAR
DE SLOEIERD
Piet Kleverlaan
Waarland, 1 augustus 2016.
18
Van afstand zag je duidelijk die rondachtige, gelei
delijke knik. Opvallend was de regenbak tegen het
huisje aan. Vlakbij lag een molensloot, een restant
van dat water is daar nu nog achter het huis van
Ad Bruin te zien.
Beneden waren de bedsteden om te slapen. De zol
der was daar niet geschikt voor. Jan Borst over toen:
Die ruimte kon in de oorlog wel uitstekend gebruikt
worden om tabaksbladeren te drogen voor het maken
van sigaretten, merk eigen teelt. De tabaksplanten
teelden we in de druivenkassen van m’n tante
Geertje Zutt-Borst aan het kanaal Alkmaar-Kolhorn.
Weer een woonbestemming
De laatste jaren was de leegstaande woning
eigendom van Gerard Borst, de jongere broer van
Jan. Over die tijd vertelde Jan Borst nog: M’n zoon
Gerald had een installatiebedrijf en hij gebruikte
het pand als magazijn. Er zou nog wel meer over
mijn vroegere woonhuis te vertellen zijn, maar door
diefstal is dit niet meer mogelijk. Toen broer Gerard
in het ziekenhuis lag vanwege een gebroken heup,
sloegen gauwdieven toe en stalen een geldkistje met
allerlei interessante papieren.
In de loop van de tijd zijn er coniferen om het huis
geplant om zo het verval te verbloemen.
Bij het definitief worden in 2013 van het nieuwe
bestemmingsplan Waarland kreeg de grond weer
een woonbestemming. Na de sloop was het toen
wachten op nieuwe bebouwing.
Het lange huis met links de woning waar
Gerard Borst woonde.
Dirk Dekker en Betje Blank-Ursem
In Toendertoid 40 vertelt mevrouw Marie Dekker-
Dekker dat rond 1900 Dirk Dekker met zijn gezin
in dat lange huis kwam wonen. Hij was getrouwd
met Trijntje Ursem en van beroep tuinder en kolen
boer. Veel verdriet moet er in dit gezin zijn geweest.
Want in 1916, kort na de geboorte van haar jongste
kind, stierf Trijntje Ursem. En vijf jaar later over
leed vader Dirk Dekker. De achtergebleven acht
kinderen zijn toen bij familie thuisgehaald.
Uit het bevolkingsregister blijkt dat Aafje Dekker,
geboren in 1914, al eerder bij de familie Blank
was gekomen.
Kwam men toen vanaf buur Van der Fluit met
huisnummer D 60 (of nu Veluweweg 47) dan
werd het eerste deel van het huis bewoond door
de familie Dekker. Het stond echter na het over
lijden van vader Dirk niet lang leeg. Want in
augustus 1921 kwam de weduwe Betje Blank-
Ursem, een schoonzus van Dirk Dekker, met haar
kinderen Cor en Arie Blank én pleegdochter Aafje
Dekker in het lange huis wonen. Haar dochter Betje
was al eerder naar Waarland gekomen. Zij was
getrouwd met Tinus Bruin, de vrachtschipper.
Het zal in dit gezin geen vetpot zijn geweest.
Er was geen weduwe- en wezenvoorziening; haar
jongens moesten het verdienen. Maar waarschijn
lijk zal schoonzoon, schipper Tinus, haar met
enige regelmaat geld hebben toegeschoven.
n de gemeente Harenkarspel werden tussen
1882 en 1922 huisnummerlijsten bijgehouden.
Aan de hand hiervan kan met een grote mate van
zekerheid vastgesteld worden, dat dit lange huis
gedurende vele jaren door drie gezinnen bewoond
werd en dat het meer dan 130 jaar oud was. Op de
huisnummerlijst van 1921-1922 staan bij de num
mers D 64, D 65 en D 66 de volgende bewoners:
D. Dekker/C. Blank, P. Kant en P. Meester. De
doorhaling bij D. Dekker wijst erop dat C. Blank
de nieuwe hoofdbewoner was geworden.
M.' ’’'..A,