i
r
Aldert Stam Hzn.
33
Van kerkestal tot jeugdhuis
De huisvesting van de jeugd speelde bij
de nieuwe jeugdbeweging een grote rol.
Er zou een jeugdhuis komen. Maar was
dat op tijd klaar? Op 24 november 1949
had de aalmoezenier goed nieuws. De
pastoor had van de vicaris van de bis
schop gehoord dat alles goedgekeurd
was en op 9 februari 1950 stelde hij dat
het jeugdhuis absoluut klaar was vóór
18 juni. Bij de jeugdleiders heerste twij
fel. De notulist schreef: weddenschap of
dit zou lukken: inzet een pakje sigaretten
en een tientje (veiligheidshalve voegde
hij er toe) van de rozenkrans hóór.
De start met de groepen mocht hier niet
van afhangen want er zat schot in de
opleiding van de leiders met als eerste
geslaagden Piet Noordstrand en Gert
Volkers. En toen Aldert Stam en Piet
Zutt spoedig volgden, besloten ze op
9 maart 1950 om alvast te beginnen,
Maar de plek was nog een vraagteken.
Het groepscomité stelde in april 1950
voor om als nood de boet van Freek
van Schagen voorlopig als jeugdhuis te
gebruiken. Maar deze suggestie is waar
schijnlijk nooit uitgevoerd, want toen
kwam de kerkestal in beeld. Siem Plijter
zei over deze ruimte: In de kerkestal
stonden vroeger de paarden als de boe
ren met huifkarren naar de kerk gingen.
Later kwamen in de kerkestal de kleedlo
kalen van Con Zelo Voetbal.
Probleem was dat de kerkestal al een
tijdje niet gebruikt was en een grote
schoonmaak behoefde. En de spelen
van het vroegere K.J.C. lagen nog in het
Oude Huis. Dus moesten ze die eerst
nog uitzoeken. Al gauw bleek dat daar
niet veel te halen was. Ze waren dan ook
snel klaar en toen konden ze naar de ker-
kestal: de ruimte
en gezelligheid viel
daar erg mee. Aan
de pastoor vroegen
ze of ze daar hun
bijeenkomsten
konden houden.
Dat was prima en
hij beloofde ook
voor een kruis te
zorgen. Hun voor
lopige onderkomen
was dus geregeld.
De sleutel van
het noodjeugdhuis
kreeg bij de we
duwe K. Zutt een
vaste plaats, vlak bij
de deur zodat ze die
zo konden pakken.
succes was, met als verklaring dat het
Nationaal Hoofdkwartier nog losjes in de
schoenen staat. Maar ondanks dat kreeg
iedereen een aanstellingsbevoegdheid.
Op 16 maart 1950 traden Nico
en Gerard Zutt aan als nieuwe
leiders en Piet Noordstrand kreeg
er nog een baan bij als voorzit
ter van het district KAB (het
overkoepelende orgaan van de
regionale vakorganisaties van de
Katholieke Arbeidersbeweging).
Op zaterdag 22 juli en zondag
23 juli 1950 was er voor alle
gildeleiders een Kaderschouw te
Drakenburg bij Baarn. Hier ging
iedereen naar toe, behalve Gerard
Zutt die geen tijd had. Dit week
end viel goed in de smaak bij
de leiders want naast een cursus
kregen ze ook praktijkervaring
over kamperen. Weer thuis vroeg
Aldert Stam of ze met de jongens
niet op kamp konden tijdens de kermis.
Maar de helft van de leiders wilde dit
vertier niet missen en ze besloten om er
later nog eens over te praten. De toene
mende welvaart weerspiegelde zich in
het vervoer. Bij een latere Kaderschouw
in 1952 gingen ze met zeven man naar
Bloemendaal met de luxe wagen, Nico
Zutt fungeerde als chauffeur.
I Het oude voetbalveld.
I Rechts de kerkestal.