Henri Martin
we noemen hem
Fransje
Waarland, 6 januari 2015.
11
tfmslerdam, 29 Juni 194b
JCerlzogslraal 41
De juiste namen
van moeder zijn:
Rebekka van Coeverden.
Van vader: Jozeph
Leijden van Amstel.
Daarna kwam Trien weer terug naar
Waarland. M’n zus Nellie en m’n moeder
zijn ook verschillende keren in Amster
dam geweest. Ik mocht er een week loge
ren, lang genoeg vond ik het. Trien heeft
ook gebakerd bij hun derde kind. Dit was
een jongetje. Daarna werd m’n moeder
ziek en ze overleed in november 1948.
Voor ons allen een vreselijk gemis.
Ook voor Bep: ’Ik heb m’n hele familie
al verloren en nu ook m’n tweede moeder.
Toen hoorde ik dat er niemand van haar
familie én van de familie van haar
Ze hoopten toen dat getrouwde mensen
niet naar een werkkamp gestuurd zouden
worden. Helaas bleek dit later anders
te zijn. Na de oorlog woonde het gezin
Leijden van Amstel in de Hertzogstraat 41
Jozeph had werk gevonden als leer-
bewerker, het vak dat hij voor de oorlog
ook uitoefende. Rebekka bleef thuis en
zorgde voor Greetje, hun kind dat onge
veer anderhalf jaar in Maastricht was
geweest. Het was voor haar vreemd om
te zorgen voor een kind, dat bijna vanaf
haar geboorte bij een andere moeder
was geweest.
Jaap vertelt verder: Haar echte naam
Rebekka was bij mij tot voor kort niet
bekend. Ik herinner me haar als Bep
en deze naam gebruik ik dan ook. Bep
had een goede band met m’n zus Trien
opgebouwd. Toen ze een berichtje naar
Waarland stuurde met de vraag of Trien
kwam bakeren, aarzelde Trien niet en liet
weten: ’Ja hoor, graag, ik kom’. Er werd
een meisje geboren met de naam Elleke.
Mei grote blijdschap geven wij
U kennis van de geboorte van
onze zoon en broertje
man teruggekomen was vanuit de
vernietigingskampen.
In 1950 is er nog een zoon geboren.
Het jaar daarna is de familie Leijden
van Amstel geëmigreerd naar Israël.
Ze gingen met de trein naar Marseille
en van daaruit met de boot naar hun
Beloofde Land. Er is nog één brief
gekomen en daar bleef het bij
Jaap Rentenaar en Jaap Pankras vertellen
uit hun herinneringen. In Kopgeld van
Ad van Liempt leest men over de oor
logsjaren van deze joodse familie.
C .J. Veen schreef het boek Rechtvaar
digen onder de Volkeren, waarin alle
Nederlanders genoemd zijn die een Yad
Vashem onderscheiding gekregen hebben.
Mevrouw Greet van Mansum kreeg deze
in 1981, omdat ze tientallen joden aan
een onderduikadres had geholpen. Ook
Greetje, de baby van Jozeph en Rebekka
Leijden van Amstel, heeft ze uit handen
van de Duitsers weten te houden. Het
kind werd ondergebracht bij de ouders
van Greet van Mansum in Maastricht.
Geraadpleegde bronnen:
- o.a. internetsites:
Jozeph Leijden van Amstel
en Yad Vashem.
- Stadsarchief Amsterdam.
Een woord van dank aan:
Wil Blaauw, Ad van Liempt,
Jaap Pankras, Jaap Rentenaar.
Het verhaal
Heel bijzonder het verhaal, opgeschre
ven na 70 jaar, over een joods echtpaar
dat op de vlucht was en heeft moeten
onderduiken. In september 1943 opgepakt
door de Kolonne Henneicke en daarna
uit de Joodsche Schouwburg ontsnapt.
In Limburg hun kind achtergelaten en
vervolgens in Waarland een schuilplaats
gevonden. De oorlog overleefd en in
1951 verhuisd naar Israël. In een paar
korte zinnen gezegd, maar alles wat
Jozeph Leijden van Amstel en Rebekka
van Coeverden hebben meegemaakt, is
eigenlijk met geen pen te beschrijven.
Amsterdam, 1 Augustus 1947
Hertzogstraat 4'
I. Leijden van Amstel
R. Leijden van Amstel-
van Coevorden
J. ddec/den
J). -Qeqden
oan /Jmslel
Dan flmslel-
Goeoerden
een ^.usje
haar
(Qreeije lieef.1
yehreyen. Oöy noemen
Greetje en Elleke