EEN MEELMOLEN
MET ERFPACHT
Piet Kleverlaan
17
In dit artikel maken we een uitstapje naar onze buurgemeente
Hollands Kroon. Aan de Zandweg, op de plek waar nu de
camping De Rietkraag is, stond vanaf ongeveer 1650 tot rond
1800 een meelmolen. Deze molen stond op een perceel grond met
erfpacht. De molenaar had het recht om de grond te gebruiken
en betaalde hiervoor een jaarlijkse pachtsom.
De ingang van camping
De Rietkraag aan de
Zandweg.
Op deze camping stond de
meelmolen van Zijdewind.
Geldbelegging
De eigendommen van Lamoraal II zijn
niet lang daarna op last van de Staten
van Holland verkocht. Dit gebeurde op
een veiling in 1599. De percelen kwamen
toen in bezit van drie genoemde geld
schieters. Om nog enigszins uit hun
kosten te komen, werden de meeste
stukken land daarna te koop aangeboden.
Er waren verschillende gegadigden die
hun geld wilden beleggen in erfpacht.
Een vorm van belegging, die in die tijd
gebruikelijk was. Zo lezen we in een
akte van 1620 van Jansz Baerte, notaris
publique tot Alckmaer: Cornelis Jacobsz.
Melcknap heeft wettelicke erfpacht
ghedaen ende vercoft aen Cornelis
Lambertsz medepoorter tot Oudenieu-
dorp een stuck lants groot drie geersen
ghenaemt de Veeringcamp leggende inde
nieuwe bedijckte Slootgaert inde banne
van Oudenieudorp aende hoeck vande
Slootgaert met de brug belent hebbende,
den ringsloot ten oosten, Maerten
Cornelisz ten westen ende wech ten
noorden. Verder lezen we: een eeuwige
erffpacht voor een somma van vieren
twintig carolus guldens van xl grooten
Vlaems stuck sjaers vande voornoemde
Cornelis Lambertsz.
In deze transportakte van de Veeringcamp
met een oppervlakte van drie geerzen of
ongeveer 0.9 ha. en gelegen bij de brug
van Zijdewind wordt de grootte van het
jaarlijks bedrag van de eeuwige erffpacht
vastgesteld op f 24,- per jaar. Verder staat
in deze akte: een somma van vierentwintig
carolus guldens van xl (veertig) grooten
Eberhard van Solms en vanaf toen kre
gen haar drie geldschieters, Emmanuel
Steenborn, Willem Schouten en Antho-
nius Sonck, te maken met haar broer
Lamoraal II. Het overleg over de verde
ling van de percelen ging niet zo soepel.
Uiteindelijk kreeg Lamoraal II zijn zin.
Hij legde beslag op 2/3 deel en de drie
heren moesten genoegen nemen met
slechts 1/3 deel van de percelen.
ok ruim 400 jaar geleden veronder
stelde men, dat land meer inkomsten
zou opleveren dan water. Sabina van
Egmond, dochter van de in 1568 onthoof
de graaf Lamoraal, dacht ook zo en liet
in 1590 het meer De Slootgert droogma
ken. Toen de afpaling klaar was, werden
de vier sloten, die in verbinding stonden
met de Witsmeer, afgedamd. Daarna
begon men met de bedijking en het leeg
pompen. Het water werd geloosd in de
Niedorper Kogge.
De kosten van het werkvolk vielen veel
hoger uit dan was voorzien. Dit kwam
doordat er de eerste maanden weinig
gedaan kon worden. Polderbesturen in
het Geestmerambacht hadden namelijk
bezwaar gemaakt, dat het boezemwater
in hun gebied kleiner werd. Het bezwaar
werd ongegrond verklaard en aan het
eind van het jaar was De Slootgert droog.
Sabina trouwde in 1595 met Georg